Het lijstje met afwezigen op de afgelopen IAA was bijna even lang als het lijstje met merken die wél present tekenden: de volledige alliantie Renault-Nissan-Mitsubishi, de voltallige FCA-groep, de PSA-groep – behalve Opel, want natuurlijk Duits – de Toyota-groep, Suzuki, Mazda, Tesla, Volvo, Aston Martin, Bentley, Rolls-Royce en Ferrari.

Derde minder

Daarmee is het salon van Frankfurt nu ook officieel in hetzelfde bedje ziek als het salon van Parijs, waar de IAA mee afwisselt. In 2018 stuurden ook daar heel wat merken hun kat in plaats van hun kar. De vorige editie van de IAA in Frankfurt, in 2017, was nog goed voor vlot 810.000 bezoekers. Editie 2019 trok dus een derde minder bezoekers.

Deze jaargang van het salon van Frankfurt kreeg heel wat protest van klimaatbetogers, maar dat is niet de enige reden voor de tegenvallende bezoekersaantallen. De voornaamste reden is het concept van het klassieke autosalon, dat steeds meer onder druk staat. Constructeurs willen immers niet meer te fors investeren in grote beurzen, waar ze de aandacht voor hun primeurs moeten delen met andere merken. In Frankfurt beraden ze zich intussen over de toekomst van de IAA.