Een voormalige koolmijnregio die uitgroeit tot een gigantische hub voor de productie van EV-batterijen, dat is de droom die de Franse president Macron heeft voor de kuststad Duinkerken nabij de grens met België. Een droom waarvoor Frankrijk de rode loper uitrolt (lees: fors subsidies uitrolt). Met succes, want verschillende grote spelers vinden hun weg naar de regio. En dat is nog maar het begin.

Wedloop met Duitsland

Momenteel zijn het vooral toeleveranciers die hun weg naar Duinkerken hebben gevonden. Zo is het Taiwanese ProLogium het eerste bedrijf dat een gigafabriek neer zal poten in de regio. Op korte termijn volgen ook nog het Chinese Envision AESC, lokale start-up Verkor en een consortium van Stellantis, Mercedes en TotalEnergies. Het is echter een publiek geheim dat de Franse regering ook aast op grootmachten zoals Tesla en BYD.

Het is geen toeval dat Frankrijk plots zo royaal met subsidies strooit om de batterij-industrie naar het land te halen. Niet enkel is dat goed voor jobcreatie - uiteraard -, het legt ook nog eens bloot hoe sterk de rivaliteit is tussen verschilende Europese landen om voorop te lopen in de elektrische revolutie. Het valt Frankrijk zonder twijfel moeilijk dat Duitsland momenteel goed is voor een jaarlijske productie van zo'n 540 GWh aan batterijen terwijl het zelf genoegen moet nemen met zo'n 120 gWh. Daarmee is Frankrijk bijvoorbeeld kleiner dan Hongarije (215 gWh/jaar).