In de Nederlandse media zijn de voorbije dagen alarmerende berichten verschenen over de werkgelegenheid in de BMW-fabriek in Born, net over de grens, tussen Maasmechelen en Maastricht, waar ook veel voormalige werknemers van de gesloten Ford-fabriek in Genk aan de slag zijn. Van de 7.000 banen zouden er nu al meer dan 1.000 op de tocht staan. De productie zou er fors worden gereduceerd: in vergelijking met de 220.000 X1’s en Mini’s die er dit jaar van de band rolden, zouden er 40.000 tot 60.000 minder worden gemaakt in 2019. Sommige kranten suggereerden dat een en ander te maken heeft met een reeks recente stakingen in de fabriek.

Hete soep

In werkelijkheid wordt de soep niet zo heet gegeten als ze wordt geschonken. VDL Nedcar, de eigenaar de fabriek (die in het verleden nog Volvo’s, Mitsubishi’s en Dafs heeft gebouwd, om maar een paar voorbeelden te geven), zegt dat het inderdaad volop in onderhandeling is met BMW over de productie-aantallen voor 2019, maar dat nog niets vastligt. Als de productiedoelstellingen zakken, dan zullen er (in de eerste plaats tijdelijke) krachten moeten afvloeien. Veel hangt af van de gevolgen van Brexit op de Europese automarkt, maar dat is voorlopig nog koffiedik kijken.