Toyota en Peugeot/Citroën hebben sinds een aantal jaren een overeenkomst voor het bouwen van de kleine stadsautootjes. De nieuwe generatie kreeg afgelopen jaar een facelift en kan er dus nog een tijdje tegenaan. Nadien is het echter gedaan.

verkoopsdruk

De drie stadsautootjes blijken niet zulk een verkoopssucces als de merken verwacht hadden. In Europa werden er in 2017 84.000 stuks van de Toyota Aygo, 53.292 C1's en 55.831 108'en verkocht. Dat ligt onder de verwachtingen en is te wijten aan de relatief hoge prijs voor een A-segmenter. Als je kijkt dat Dacia voor hetzelfde geld een basis B-segmentauto aanbiedt, weet je het wel.

zelfde basis

De drie merken hadden een samenwerking rond de kleine stadsauto's om de productiekosten te drukken. Alledrie maken ze gebruik van een 1.0 driecilinder, op sommige markten ook van een 1.2. De koetswerken verschillen van elkaar, al zijn ook daar de gelijkenissen niet weg te steken.

Wil dat zeggen dat ook de samenwerking tussen de Franse merken en Toyota stopt? Verre van. Allen zullen ze die samenwerking concentreren rond de commerciële voertuigen, de bestelwagens dus. Toyota nam de plaats van Fiat over in het geheel