Laten we je maar direct omver blazen met de harde cijfers. 800 Nm trekkracht en 350 pk, dat is waar deze nieuwe Audi A8 4.2 TDI het mee doet. Van zijn looks moet de A8 het echter niet hebben. Zo moet je al snel tweemaal omkijken om te zien dat dit niet de zoveelste grijze lease-A4 is die je voorbijsnelt. In dat opzicht lijkt de A8 te zijn ontworpen in volle crisisperiode, alsof het vlaggenschip van Audi zich moet schamen om zijn imago en exorbitant prijskaartje van om en bij de 130.000 euro. Dat bedrag staat echter in schril contrast met wat Jaguar vraagt voor deze top-of-the-range SuperSport-versie. Enkel verkrijgbaar in lange versie, voorzien van superieur Bowers & Wilkens audiosysteem, een 510 pk sterke V8 en met beenruimte waar zelfs een giraf vrolijk van wordt. Een heftige 151.000 euro vraagt Jaguar voor al deze luxe. Dat is niet alleen onnoemelijk veel geld maar ook weinig representatief voor deze directe vergelijking. De 3 liter V6 diesel zal een grotere concurrent zijn voor deze A8 en daarom zullen we ons voorlopig concentreren op wat voor gevoel ze naar boven brengen bij de bestuurder.

Wie achter het stuur van de Audi plaatsneemt wordt in eerste instantie overweldigd door het grote aantal knopjes en automaathendel die zo uit een Boeing 747 zou kunnen getrokken zijn. ‘Vorsprung durch Technik’ komt hier zeer zeker tot uiting. We zouden een hele waslijst aan (veelal optionele) snufjes kunnen opnoemen, maar we houden het bij de meest opvallende. Zo zien we een touchpad, waarmee je onder andere de bestemming kan ingeven; heel wat handiger dan de draaiknop van de weinig intuïtieve MMI-interface. Ook beschikt de Audi over een nachtcamera in de snuit, waardoor je ook op donkere wegen voldoende zicht hebt. Vrij nutteloos en peperduur, maar er is ongetwijfeld een markt voor. Dan kan je beter genieten van de (optionele) maar uiterst sfeervolle LED-interieurverlichting die het interieur omtovert in behaaglijk sfeerlicht.

Zoals het een Audi betaamt is alles bijzonder keurig afgewerkt en straalt het degelijkheid uit. Dat gaat van een draaiknop van de airco tot de displays die de temperatuur weergeven. Het grootste lof verdienen echter de uiterst luxueuze voorstoelen. Die zijn standaard twaalfvoudig verstelbaar en in optie zelfs tweeëntwintigvoudig. Voor de lange reizen voorziet Audi een massagefunctie die je rug door middel van vijf verschillende programma’s masseert. Op dit A8-testmodel zat in totaal voor zo’n 40.000 euro aan optioneel aanvinkwerk en dat is jammer want zonder wordt de A8 al snel A4-doordeweeks. 

Doordeweeks is dan weer het laatste wat bij je opkomt bij het zien van de nieuwe XJ. Hoewel niet iedereen onmiddellijk gecharmeerd is door Ian Callum’s extravagante maar toch uiterst stijlvolle verschijning kan je niet anders dan respect hebben voor deze 5,2 meter lange limo. Nergens kom je ongemerkt voorbij en koppen draaien zoals ze dat enkel bij Maserati’s en Bentley’s doen. Iedereen wil een glimp opvangen van dit bijzondere creatuur. Ook binnenin wordt je visueel verwend met een high-tech interieur dat voorzien werd van alle luxe. In één enkel opzicht misschien wel té high-tech, want ik ben nog steeds geen fan van de volledig digitale tellerpartij die ook in de nieuwste Range Rover is te vinden. Of het ligt aan het feit dat we gewoon moeten geraken aan dit soort displays of de lay-out moet herwerkt worden weet ik niet, wat ik wel weet is dat Porsche dit bijvoorbeeld netter heeft opgelost met een combinatie van analoog en digitaal. Het is een klein en tegelijk het grootste minpunt van de XJ.

Audi zorgt net zoals Jaguar voor een significante gewichtsbesparing door het gebruik van aluminium. Al sinds de eerste A8 wordt gebruik gemaakt van aluminium wat bij deze nieuwste A8 een gewichtsbesparing oplevert van 200 kg ten opzichte van een conventionele berline. Toch doet de Jaguar het nog zo’n 150 kg beter dan de Audi. De 4.2 V8 bi-turbo dieselmotor is op papier spectaculair met zijn 350 pk en 800 Nm koppel. Een tijd van 5,5 seconden van 0 naar 100 op de chronometer ondersteunt dit getal. Met een gemiddeld verbruik van 8,0l/100 km (of 7,5l/100 km op de snelweg) wist ook onze bankrekening opgelucht adem te halen. Met een tank van goed 80 liter kan je dus voldoende snelwegkilometers vreten alvorens je weer naar de pomp moet. Hiermee krijgt het bestaansrecht van A8‘s met benzinemotoren een flinke knauw. Sinds kort heeft Audi ook de 3.0 TDI (240 pk, 550 Nm) weer in het gamma van de A8 geplaatst, op termijn moet deze kleinere motor ook zonder Quattro-aandrijving beschikbaar worden, zij het slechts met 204 pk. Ook die motor zal raad weten met de A8 en bij ons waarschijnlijk voor het meest aantal orders zorgen. 

De Jaguar moet zich echter in SuperSport-trim niet bedreigd voelen wat betreft prestaties. De 5,2 meter lange berline schiet naar de 100 in minder dan 5 seconden en is in de hernemingen dankzij het riante koppel van 625 Nm steeds bij de les. De intelligente en goed gespreide verzetten van de automaat zijn een extra troef, net zoals de vermogenscurve die optimaal is voor snelle hernemingen. Uiteraard heeft dit alles zijn prijs aan de pomp. Met de XJ zal je een pak meer de tankkaart mogen bovenhalen dan met de Audi die slechts de helft verbruikt. Een eerlijke vergelijking is dit echter hoegenaamd niet en de XJ mag er niet op afgerekend worden. Het is echter niet de grootste reden om de SuperSport links te laten liggen. De stuggere ophanging en het immens grote en brede schoeisel zorgen ervoor dat deze net wat minder comfortabel rijdt dan een vergelijkbare XJ op 19 duims wielen en dat is eeuwig zonde want daar moeten dit soort auto’s het net van hebben. 

Toch zal je als liefhebber keer op keer voor de Jaguar kiezen. De Audi ziet er niet alleen saai uit, hij rijdt ook zo. Het uit zich niet alleen in het chassis en het weggedrag maar vooral ook in de besturing die nooit aangenaam en/of precies weet te zijn. In dynamic-modus is deze zelfs uiterst onaangenaam overbekrachtigd. Onze A8 was voorzien van optioneel adaptief chassis waarmee je met een druk op de MMI-knop de auto van karakter kunt later veranderen, maar in de praktijk zijn de verschillen onvoldoende merkbaar of gewoon onaangenaam. Leuk om te weten dat het kan, maar je zal al snel de auto de hele tijd in zijn comfort-setting laten staan. De auto lijkt het zelf ook zo prima te vinden.

Ben je echter chauffeur van dienst in de XJ dan heb je meer om verheugd over te zijn. En daar heb je echt geen 5 liter grote V8 met supercharger voor nodig. De XJ is een pak agieler, stuurt precieser en correcter en communiceert voldoende met zijn bestuurder. Ondanks de afmetingen schept de auto het vertrouwen om er een gezwinde rijstijl op na te houden waarbij je al snel zijn afmetingen vergeet en dat is een groot compliment. De Audi moet het hebben van zijn groot aantal elektronische snufjes die quasi allemaal erg duur en optioneel zijn en veelal snel vervelen. De Jaguar entertaint zijn eigenaar zelfs als hij stil staat, vanop afstand of in de wetenschap dat de volgende rit opnieuw een belevenis zal zijn voor zowel bestuurder, passagier als omstaander. Twee uitersten maar de XJ lijkt het pleit te beslechten, zij het dan niet in SuperSport-trim.

Tekst:  Sven Geiregat & Pieter Ameye
Foto's: Pieter Ameye & Simon Herman
Met dank aan: Audi en Jaguar België

AUDI A8 4.2 TDI
+ verbruik
+ hoog Koppel
+ afwerking

- uitgebreide (ellenlange) optielijst
- zicht achteruit
- brave lijn (grote A4)

JAGUAR XJ SUPERSPORT 5.0 V8 SUPERCHARGED
+ Looks exterieur en interieur
+ Rijgedrag
+ Prestaties

- Prijs SuperSport
- SuperSport boet in aan comfort