In 2005 werden er amper 13 Dacia’s ingeschreven in België. Vandaag, zeven jaar later, zitten ze aan 15.000 stuks per jaar. Het model dat Dacia op de landkaart zette was zonder twijfel de Duster, wereldwijd goed voor bijna 40 procent van de verkopen. Maar na drie jaar is hij het oudere broertje. De heren bij Dacia profiteren van Renault en hebben sindsdien een vernieuwd en vergroot gamma op de markt gezet.

De nieuwe Logan, Sandero en Sandero Stepway zijn de laatste in de rij, eind volgend jaar komt er een Dacia break aan die de zevenzitter Logan MCV moet vervangen. Niet veel later is de Duster aan de beurt. En dan zwijgen we nog over de Lodgy en de Dokker. Om maar te zeggen dat ze zo bezig blijven.

De Sandero, zijn Stepway variant en de Logan mogen er optisch gezien wezen. De Logan is zijn Russische roots eindelijk kwijt en kan vooraan uitpakken met een Europees gesmaakte snoet. Achteraan blijft hij erg hoekig voorkomen maar zorgen de nieuwe bumper en lichtblokken voor soelaas. De verticale lichtblokken worden de prullenmand ingeworpen en maken plaats voor vierkantere varianten die ons doen denken aan een ander Frans merk. De Sandero krijgt dezelfde snoet aangemeten, meer nog, alles voor de B-stijl is bij de drie modellen bijna identiek. Tachtig procent van de onderdelen van de Sandero en Sandero Stepway zijn hetzelfde. Prima strategie om kosten te besparen, iets waar het bij Dacia om draait. De Sandero Stepway is sowieso het stoerdere broertje. Hij staat 40mm hoger op zijn poten en komt sterker over dankzij extra plastics aan de bumpers, 16 inchers en rails op het dak.

Binnenin herkennen we het hele gegeven uit de Lodgy. Simpel interieur maar uiterst ergonomisch in alle drie de modellen, die onderling weinig of niet verschillen. En wie denkt dat het allemaal erg basic blijft heeft het in principe mis. Want hoewel je anders zou verwachten hebben alle drie de modellen alles wat je nodig hebt. Elektrische ramen voor- en achteraan, stuurbekrachtiging, cruise control, airco en een schitterend infotainmentsysteem dat je doet afvragen waarom de Duitse varianten zoveel geld moeten kosten. Dacia voorzag voldoende opbergruimte en de Sandero Stepway en Logan kunnen uitpakken met een ruim bemeten koffer. De achterbank is ook neerklapbaar in een 60/40 verhouding waardoor ook grotere bagage eventueel mee kan. De afwerking is correct, met de lage prijs in het achterhoofd. Het stuur is enkel in de hoogte verstelbaar, de zetels bieden weinig steun en laten zich al eens horen met een kraakje of piepje. Zulke zaken moet je er dan wel bij nemen.

Rijden deden we het liefst met de Logan, en dat verraste ons erg. De Stepway is in België nochtans de best verkochte van de drie en ziet er op het eerste zich het leukst uit. Maar de Stepway staat te hoog op zijn poten waardoor hij wat zwak op de baan ligt bij bochtenwerk. Dat komt deels door het koetswerk, deels door de te zwakke koppeling en te lichte sturing, zeker in vergelijking met de Logan. De Logan staat omwille van zijn koetswerk sowieso wat stabieler op zijn poten, maar ook de sturing en koppeling zijn opvallend zwaarder en dus beter. Wie graag rijdt en graag wat plezier heeft in de auto, kiest van de drie het best voor de Logan.

Op de autostrade doen ze alle drie wat ze moeten doen, al is rechtdoor rijden geen kunst. De nieuwe 0,9 liter grote driecilinder geraakt weg met autostrades zonder een belachelijk verbruik neer te zetten. Je moet de driecilinder wel in zijn toeren houden, de koppelcurve begint vroeg (1.750nm) maar gevoelsmatig heeft die veel meer nodig. De naft viel vaak dood waardoor 1 of 2 verzetten terugschakelen de enige manier was om wat power los te krijgen. Het is de eerste keer dat de driecilinder van Renault onder de kap van een Dacia te vinden is. Het blok is goed voor 90 pk en 135 Nm. Geen supercijfers, maar de Dacia's zijn van nature geen zware wagens waardoor het geringe vermogen aanvaardbaar blijft. Deze driecilinder is trouwens 15 kilogram minder zwaar dan andere motoren met vergelijkbare cijfers. Door de kleine cilinderinhoud hebben de modellen ook een mussendorst, al is het verbruik tijdens deze persreis weinig relevant in België. De CO2 uitstoot kunnen we wel meegeven, die zit momenteel op 120 g/km en zou binnenkort teruggedrongen worden tot 116 g/km. Op papier ligt het verbruik op 5,2 liter, een in onze ogen haalbaar cijfer.

Alles samen kan je in deze drie modellen kiezen voor 5 motoren, drie benzinemotoren en twee dieselmotoren. Het is trouwens voor het eerst dat Dacia een diesel aanbiedt. Dat is de 1.5 dCi van Renault met 75 of 90 pk. Alle drie de wagens zijn, niet verrassend, voorwielaangedreven. De Sandero Stepway zou met zijn looks nochtans weg kunnen met vierwielaandrijving, maar om het verschil met de Duster duidelijk te houden, laten ze enkel voorwielaandrijving toe.

Windgeruis was een punt van discussie tijdens deze trip tussen de verschillende journalisten. Wij vonden dat het prima meeviel, wetende dat er belachelijk veel wind was aan de kustlijn in Malaga. Dat wil niet zeggen dat je bij windstil weer geen ruis hebt. Je merkt dat het koetswerk dunner is, de ramen niet de dikste zijn en dat niet alle rubbers tussenin voldoende zijn om de wind buiten te houden. Maar daar denken ze bij Dacia voldoende over na om het niet beter te maken. Wie zich daaraan stoort moet zich een Renault kopen, easy as that. Desondanks is er veel verbeterd tegenover de vorige Dacia’s. Deze drie gereden modellen kregen een extra akoestische plaat tussen de motor en de cabine, de bodemplaat werd verbeterd en ook in het dak werd geprobeerd zoveel mogelijk geluiden buiten te houden.

Inzake veiligheid hebben ze bij Dacia twee zijdelingse airbags bijgevoegd aan het basismodel. ABS en ESP zijn standaard waardoor alle drie de wagens alweer wat veiliger zijn. Bij de NCAP gaat Dacia geen hoge ogen gooien, dat bewees de Lodgy met zijn drie sterren. De productmanager van Dacia is dan ook erg duidelijk in zijn antwoord toen de vraag hem werd gesteld hoe dat komt, die drie sterren. Ten eerste maakt hij duidelijk dat in dit segment mensen niet kijken naar de sterren, anderzijds is die NCAP niet overal gekend en is de belangrijkheid ervan in vraag te stellen. Daarnaast moet je ook in achting houden dat Dacia een budgetmerk is. Als mensen 10.000 euro uitgeven aan een volledig uitgeruste wagen, dan kan je niet verwachten dat Dacia er miljoenen extra euro’s in pompt om toch maar die extra ster binnen te halen. Daarbij, de drie sterren van vandaag, zijn de 5 sterren van tien jaar geleden.

En dan zijn we aangekomen tot het punt waar Dacia de meeste geïnteresseerden mee lokt, zijn prijzen. De Logan blijft de instapper met een vanaf prijs van 6.990 euro. Daarvoor krijg je de 75 pk sterke 1.2 16v. Wie kiest voor de nieuwe driecilinder of de 1.5 dCi legt maximaal 11.400 euro op tafel. De Sandero kost je minimaal 7.990 euro en maximaal 12.000 euro. De Stepway variant, de meest populaire in België kost je minimaal 10.600 en maximaal 14.000 euro. Prijzen om van achterover te vallen.

Dacia slaagt er sinds de Duster in om mensen te overtuigen met een prijs/kwaliteit verhouding die onklopbaar is. Opvallend kwalitatieve auto's voor een prijs waar je bij andere merken enkel een navigatiescherm en lederen zetels voor krijgt. Renault en Dacia hebben het plaatje erg doordacht in elkaar gestoken en het verschil tussen beide merken blijft opvallend. Gelukkig, want bij Volkswagen hebben ze de fout gemaakt Skoda's te goed te maken, en daar hebben ze bij Dacia en Renault duidelijk van geleerd.