Wie vanaf 1 januari 2021 een nieuwe auto inschrijft, zal andere tarieven betalen voor zijn belasting op inverkeerstelling (BIV) en jaarlijkse verkeersbelasting. Het verschil zal vooral merkbaar zijn in de BIV: die zal in ruim 70 procent van de gevallen lager liggen dan voordien, in 30 procent van de gevallen hoger.

Dat komt omdat de Vlaamse overheid bij de berekening van de BIV en verkeersbelasting voortaan de WLTP-norm gebruikt om de CO2-uitstoot te berekenen. Dat meldt Vlaams minister van financiën Matthias Diependaele (N-VA): “De tarieven stijgen vooral bij de meest vervuilende wagens en de daling zit voornamelijk bij de stadswagens en de gezinswagens”, zegt hij aan VRT NWS.

Preciezere norm

De WLTP-norm wordt al enkele jaren gebruikt om de CO2-uitstoot van nieuwe auto’s te meten, omdat die een preciezer resultaat geeft dan de verouderde NEDC-norm. Toch hanteerde de overheid gedurende een overgangsperiode nog steeds omgerekende CO2-cijfers op basis van die NEDC-norm voor de berekening van de belastingen. Daaraan komt op 1 januari 2021 dus een einde.

De nieuwe rekenwijze geldt alleen voor nieuwe auto’s. Voor tweedehandsauto’s verandert er niets, net zomin als voor leasingwagens. Die worden immers op federaal niveau belast. Minister Diependaele kondigt tegelijk het einde aan van de belastingvrijstelling voor auto’s op CNG en voor plug-inhybrides. Alleen volledig elektrische auto’s en auto’s op waterstof kunnen vanaf 2021 dus nog van die vrijstelling profiteren.