Bruutheid in een meer sierlijke verpakking, zo kan je de 720S visueel het best omschrijven. Want grote koelsleuven op de flanken verdwijnen waardoor het geheel een stuk wulpser voor de dag komt. Het slim werk van de designers waarbij elke hoek aan de wagen lucht moet kanaliseren naar de sleuven die, hoewel kleiner, toch 15 procent betere koeling kunnen voorleggen. Al merk je bij het eerste zicht vooral de gegroeide proporties op. Zeker in de breedte. Goed voor de inzittenden natuurlijk al komt het ook de derrière ten goede.

Maar goed, wat schuilt er onder de schulp? Wel we gaan niet beginnen met de motor, wel met de koolstofvezel Monocage. Generatie twee voor McLaren en die moet niet enkel kunnen stoefen met een betere stijfheid en een lager gewicht maar ook gewoonweg een makkelijkere instap voor inzittenden. Niet onbelangrijk voor het cliënteel natuurlijk. Achterin twinturbo V8 die vier liter aan explosiekracht gebruikt om 720 pk en 770 Nm te kanaliseren naar de achterwielen.

Om dat geheel op de grond te houden beschikt de 720S over een actieve spoiler die net niet doorloopt op de kofferklep van de wagen die ernaast staat geparkeerd. Prestaties zijn dan ook op punt. Meer nog, je kan er wel eens een McLaren P1-eigenaar door achterlaten met okselvijvers. Want de obligatoire sprint naar de honderd doet 'ie in 2,9 seconden. Al begint het pas te tellen bij 200 en - jawel - 300 kilometer per uur. Die bereik je in respectievelijk 7 seconden en 21,9 seconden. Laat dat even bezinken, 200 kilometer per uur aantikken in een tijd dat je met je snelle hothatch de triple digits bereikt. Stoppen doet de Brit trouwens pas bij 341 km/u. Tja.

Strafste van dit alles is dat deze 720S nog maar het begin is van de nieuwe generatie Super Series. Oké, we zullen enkele teruggeschroefde versies tegenkomen die meer op comfort mikken maar ook nog straffer gerief aangereikt krijgen. Verbrandingsmotoren zijn dan misschien met uitsterven bedreigd. Ze gaan er alvast uit met een knal...