Smart noemt deze facelift zelf een “nieuwe generatie”, maar met uitzondering van breder uitgeklopte wielkasten en een wat braver design – waardoor de Forfour bijvoorbeeld meer dan ooit op zijn technische tweelingbroer Renault Twingo lijkt – blijven de wijzigingen heel beperkt. De benzineversies zijn al even uit het gamma geschrapt, zodat de Frans-Duitse stadskarretjes enkel nog met elektrische aandrijving verkrijgbaar zijn. Die wijzigt niet en we weten niet of dat zo verstandig is, maar het is duidelijk dat papa en mama Daimler en Geely niet van plan zijn om nog veel geld in Smart te pompen. De tijd dat een batterijtje van 17,6 kWh volstond, waarmee je in de praktijk met veel moeite de kaap van de 120 kilometer kan halen (Daimler belooft zelf een bereik van 120 tot 135 kilometer volgens de verouderde NEDC-norm), ligt nu toch al even achter ons. Een voordeel is wel dat je de Fortwo en Forfour kan bestellen met een uitzonderlijk krachtige wisselstroomlader van 22 kW, waardoor de batterij volledig herladen in theorie minder dan een uur zou moeten duren mits je een driefasenaansluiting van 32A vindt. De kleinste Fortwo knalt dankzij een vermogen van 60 kW en een koppel van 160 Nm naar 100 km/u in een verschroeiende 11,6 seconden, de Forfour heeft daar 1,1 tellen meer voor nodig. Ze zijn allebei begrensd op 130 km/u. De hele technische fiche maakt kortom duidelijk dat deze auto’s niet bestemd zijn voor gebruik buiten de stad.