Officieel: Mercedes EQS (2021)

De alweer vijfde serieproductie-EV van Mercedes is een feit. Die EQS belooft de S-Klasse onder de EV's te worden. Door luxe te verzoenen met hypermoderne technologieën en een elektrische range - volgens Mercedes - van maar liefst 770 kilometer.

Met de EQA, EQC, EQV - en B Electric Drive destijds - begeeft Mercedes zich al enkele jaren in het elektrische landschap. Toch is deze EQS een nieuw begin voor Mercedes. Want dit is dé eerste elektrisch auto van Das Haus die op een speciaal daarvoor ontwikkeld elektrisch platform staat. Daarnaast kregen designers en ingenieurs carte blanche om dé meest luxueuze EV in de wereld te creëren. Wandel even mee met ons rond de EQS en al zijn imposante cijfers.

Gladde paling

Dat deze EQS een nieuw hoofdstuk is voor Mercedes mag wel duidelijk zijn. Want waar alle EQ-broeders nog gebaseerd zijn op een klassieke auto met verbrandingsmotor (EQA = GLA, EQC = GLC, EQV = V-Klasse) gelijkt deze EQS in het niets op zijn broeder met klassieke verbrandingsmotor, de S-Klasse. Het gehele desing straalt een futuristische tint uit. Mooi of niet, dat laten we aan jullie over. Wel pronkt deze EQS met een luchtweerstandscoëfficiënt van 0.2 cx. Of ander gezegd: dit is de meest gestroomlijnde productieauto ter de wereld (al doet een Tesla Model S facelift het met 0.208 marginaal slechter).

De nogal bollige vormgeving is dus bewust gekozen. Niet in het minst omdat dankzij het ontbreken van een klassieke motor vooraan de cabine lekker lang uitgetrokken kan worden. Dat heeft natuurlijk een gezonde impact op de binnenruimte. Desalniettemin geeft Mercedes nog knipogen naar haar klassieke gamma. Zo is de bumper vooraan herkenbaar AMG Line en zagen we de heerlijke multispaakvelgen eerder al op de EQC en EQA. De duotone is dan weer wel nieuw voor het EQ-gamma maar niet verplicht op deze EQS. Waardoor je dus ook voor een compleet zwart, grijs of bordeauxrood model kan gaan. Kijk, zo'n bordeauxrode EQS, dat willen we wel eens zien Mercedes!

Hyperscreen

Voor het interieur tapte Mercedes niet uit het vaatje van de S-Klasse. Want de EQS moest en zou een compleet eigen feeling krijgen. De pièce de resistance in de EQS is zonder discussie de boordplank die bestaat uit scherm. Letterlijk. Want drie gigantisch schermen nemen zowat het hele dashboard over. Mercedes noemt het Hyperscreen, in essentie gaat het over een 12.3-duim scherm voor de chauffeur, een 17.7 duim scherm centraal en een 12.3 duim scherm voor de passagier. Evenwel optioneel (je kan ook een klassiek infotainmentscherm krijgen) maar laat ons eerlijk zijn: het zou ons verbazen moesten er EQS'en worden verkocht zonder deze schermpraal.

Met een lengte van maar liefst 5,2 meter is de EQS een stukje langer dan de S-Klasse. Waardoor je er prat op kan gaan dat het binnenin riant zitten is in de comfortabele stoelen. Achteraan kan je trouwens drie personen kwijt, als het echt moet. De koffer is met zijn volume van 610 tot 1.770 liter dan weer een stukje groter dan wat je in de S-Klasse krijgt. Waardoor deze EQS de ideale auto is om lange trips te ondernemen. Waardoor het des te belangrijker is dat de EQS uit kan pakken met een indrukwekkend range. Wel, aan reikwijdte geen tekort...

770 kilometer

Inderdaad, 770 kilometer, zo ver kan deze EQS volgens Mercedes geraken op één acculading. Al mag je over die uitspraak meteen een kilo zout strooien van ons. Want hoewel gestroomlijnd en uitgerust met de meest indrukwekkende regeneratiesystemen lijkt 770 kilometer wel zeer optimistisch. Het is te zeggen: eerder rekenden we al uit dat de EQS om die range te halen amper 14 kWh per honderd kilometer mag verbruiken. Mercedes geeft evenwel een verbruik van minstens 15,7 kWh/ 100 km op. Ergens zijn er dus wat cijfers lost in translation gegaan. Al nodigen we Mercedes nu al openlijk uit om ons voor 770 km aan één stuk mee te nemen op de achterbank van deze EQS. In de naam van de wetenschap uiteraard.

Nu goed, de cijfers van deze EQS dan. Of eerder: EQS'en, want Mercedes schuift bij de lancering twee varianten naar voren, op termijn komen er nog versies op de proppen. Initieel gaat het over de EQS 450+ en EQS 580 4MATIC. Beide modellen gebruiken een accu met een nettowaarde van 107.8 kWh. De 450+ gebruikt een elektromotor op de achteras van 245 kW (333 pk) en 568 Nm koppel, de 580 4MATIC maakt gebruik van twee elektromotoren (één op elke as) voor een systeemvermogen van 385 kW (524 pk) en maar liefst 855 Nm koppel. Beide versies hebben een top van 210 km/u, de 450+ sprint naar de honderd in 6.2 seconden, de 580 4MATIC heeft 4.3 tellen nodig.

Ionity

Moet je uiteindelijk de EQS aan de stekker steken, dan merk je dat de luxe-elektro-sedan overgeleverd is aan gestandaardiseerde normen. Zo kan de boordlader standaard 11 kW aan, optioneel kan je upgraden naar 22 kW. Dit is dan het zogenaamde AC-laden aan een klassieke walbox of laadpaal. Snelladen kan deze EQS uiteraard ook. DC-laden doet de Duitser aan 200 kW per uur. Daarmee doet hij het net wat minder dan pakweg een Taycan die aan 262 kW DC kan laden. Al is ook 200 kW hoogst indrukwekkend en momenteel enkel voorbehouden voor een handjevol laadpalen. Al gaat het snel in EV-land natuurlijk.

Wat dit allemaal in mensentaal wil zeggen? Wel, met een accu van 107.8 kWh ben je wel even bezig aan je thuisstopcontact dat zo'n 2 tot 2.5 kW per uur stroom kan voorzien. Natuurlijk rijdt niemand ooit zijn elektrische auto helemaal leeg (vraag dat elke EV-rijder maar) waardoor je in realiteit veelal tussen 20 tot 80% laadvermogen blijft met je auto. Maak je toch een lange trip, dan kan deze EQS in theorie aan de juiste laadpaal (Ionity bv.) in amper 30 minuten van 10 procent naar 80 procent opladen. Waardoor je - wederom in theorie - goed bent voor een kilometertje of 400 à 500. In amper 2 laadsessies (lees: 2 keer 30 minuten rusten) naar het zuiden van Frankrijk rijden in deze EQS, het zou wel eens mogelijk kunnen zijn.

In de zomer verschijnt de EQS op de markt. Prijzen worden dichter tegen de lanceringsdatum gecommuniceerd.