Dat er af en toe eens merken zijn die beroep doen op BMW-motoren is niets nieuw. Denk maar aan de McLaren F1. Maar een mobilhome met BMW-kracht, daar hadden we nog nooit van gehoord. Maak kennis met de Vixen, de 'Driver's RV'.
We spreken midden jaren 80 wanneer Bill Collins - de man achter het design van de DeLorean en de Pontiac GTO - de lijnen van de Vixen ontwierp. Een mobilhome die zich moest distantiëren van de concurrentie door een sportief rijgedrag te bieden. Inderdaad, een soort van RV Sport.
Collins bereikte dat door de Vixen een uitzonderlijk laag zwaartepunt te geven en een brede spoorbreedte. Tests in de windtunnel moesten er dan weer voor zorgen dat de glasvezelcarrosserie enorm gestroomlijnd was. Een geslaagde missie, want het dragcoefficient bedroeg 0.30 Cd, waarmee 'ie het beter deed dan de vorige generatie BMW M3.
Het echt speciale aan deze RV vond je echter terug onder de kap. Want een drivers RV uit de jaren 80, moest gebruik maken van een BMW-motor, het merk dat in die tijden hoogdagen vierden met haar pure driving machines ideologie. Daarom opteerde Collins voor een 2.4-liter zes-in-lijn diesel van het Duitse merk. 115 pk sterk en krachtig genoeg om de 2.3 ton zware Vixen naar de de 100 MPH te krijgen, zo'n 160 kilometer per uur.
Geen succes
Spijtig genoeg was de Vixen iets té experimenteel en kwam hij uit in een tijdsperiode dat Amerika nog niet echt warm liep van dieselmotoren. Daarnaast kon hij niet opboksen tegen de grotere en beter uitgeruste RV's op de markt. De verkoop kwam dan ook na iets meer dan 300 exemplaren tot een halt. En hoewel het merk nog probeerde om de wagen te voorzien van een conventionele V6 benzine van GM en een aangepast interieur en uiterlijk met meer kampeermogelijkheden, moest het bedrijf in 1989 haar boeken toe doen.
Reactie toevoegen
Je moet ingelogd zijn om reactie te plaatsen.
Inloggen