Rijtest

Rijtest: Alpine A110 (2018)

De terugkeer van een legende, daar hangt altijd een herculisch risico aan vast. Is de nieuwe A110 een complete slag in het gezicht van de oude? Of een fenomenale comeback om duimen en vingers af te likken? Laten we maar hopen op dat laatste.

De rally van Monte-Carlo in 1971. De Alpine A110 schiet in rallytrim door de met sneeuw bedekte bergen als een blauwe kruisraket. Zelfs de motor en aandrijving achteraan saboteren niet het feit dat de Franse sportwagen de omloop domineert. Ga je in de geschiedenisboeken kijken, dan zal je ook bij de uitslag van die rally een Alpine zien staan op stek 1, 2 en 4. Het was een sportwagenmerk met een mooie toekomst voor zich... of toch niet helemaal.

Hartendief

Jean Rédélé, Franse garagist en oprichter van Alpine, gebruikte namelijk sinds de jaren 50 Renault-onderdelen om zijn race-behoeften te verzadigen. Het was echter datzelfde bedrijf - Renault - dat na een meerderheidsbelang in de jaren 70 besloot de boeken te sluiten van Alpine in 1994. In de fabriek in Dieppe werden geen Alpine's meer gebouwd, wel gerief van Renault Sport. Tot nu. Want Alpine is terug met een verdomd herkenbaar receptuur.

Image
alpine-a110-rijtest-2018

Achterwielaandrijving, adequate kracht en een pluimgewicht. Het is een formule die we kunnen smaken maar steeds minder valt te vinden in de huidige auto-industrie. Kwieke sportwagens moeten plaats ruimen voor pk-brakers die kilo's aan elektronica moeten meezeulen om het gevoel te geven dat ze viriel de bocht door kunnen. Niets van dat bij de nieuwe Alpine A110. Alleen al daardoor steelt deze Fransoos een plaatsje in ons hart tussen vrouwlief en kind (of huisdier, zo je wil).

Juist goed

Een petieterig zestienhonderdje kreeg je destijds tijdens de hoogdagen onder de schulp van een A110, met 127 pk aan de tap. Neem je die cijfers mee, dan doet de nieuwe iteratie het met een blok van monsterlijke proporties; een 1.8-liter viercilinder met turbo en een systeemvermogen van 252 pk en 320 Nm koppel. Vermogens waarmee je supercarfans niet onder de indruk brengt maar met een gewicht van amper 1.103 kilogram hebben we geen moment gehad dat we droomden van meer in de A110.

Image

De viercilinder achter de inzittenden zorgt er voor dat de nieuwe Alpine in 4,5 seconden de honderd weet aan te tikken en dat de pret pas uit is bij 250 km/u. Natuurlijk zal zo'n opgevoerde 1.8 wel een aardige slok lusten? Wel, valt goed mee. Wij klokten een gemiddelde bij elkaar van 8,3 l/100 km. Veel driecilinders in traditioneel huis-en-tuin-gerief doen het amper beter.

Vakmanschap

Het resultaat is een sportwagen die alle andere sportwagens verpest. Alles wat je na de Alpine in je handen zal krijgen voelt zwaar, log en anoniem aan. De A110 stuurt de bochten perfect in en bijna telepathisch krijg je elke beweging van de wagen door. Een kleine drift is perfect te beheersen en met 1 keer op te schakelen beëindig je dat zijdelings plezier. Natuurlijk is dit te danken aan het directe stuurgevoel en de verdeling van het bijna onbestaand gewicht. Nadeel van die lichtvoetigheid is dat de A110 op hoge snelheden wat zweverig kan worden. Maar dat is pas merkbaar bij cijfers die eerder richting de 200 kruipen.

Image
alpine-a110-rijtest-2018

De automatische boite met sept rapports zou een doorn in het oog kunnen zijn voor de Alpine. Want Renault besloot geen handbak te voorzien in de A110. Toch schakelt die naar Renault-standaarden geweldig en vliegensvlug. Hij ligt volledig in lijn met de verwachting van de wagen en we hebben nooit heimwee gekregen naar een schakelpook in onze rechterhand. Zeker in de "geheime" TRACK-modus (lees: Sportknop een tijdlang inhouden) ben je blij met de schakellepels aan het stuur, want zonder hulpmiddeltjes aanwezig en elke vezel aangescherpt wil je geen seconde dat stuur los laten. Getuigt ook van vakmanschap; geen aanpasbare ophanging via elektronica. Gewoon heerlijk afgestelde componenten die het evenwicht vinden tussen comfort en sportiviteit. Onderstellen tweaken, ze kunnen het daar toch in Dieppe.

Eerbetoon

Blader je door de geschiedenis van Alpine, dan droeg de A110 één van de meest herkenbare maatpakken in de gehele geschiedenis van de Franse auto-industrie (met de Citroën DS die 'm nog net voor gaat). Je moet dan ook geen geleerde zijn om de familieband tussen de oude en de nieuwe generatie te herkennen. Al zeker niet in de prachtige blauwe kleur die een hommage brengt aan het origineel.

Image
Alpine A110

Eerbetoon in overvloed trouwens. Kijk maar vooraan naar de vier ronde koplampen die bijna rechtstreeks werden overgenomen. Geel lichtwerk wordt evenwel ingeruild voor led-dagrijverlichting. Ze moeten ook niet té hard blijven stilstaan. Verder prijkt de legendarisch naam trots op de snuit en vanaf de flank merk je de extreem compacte proporties op. Met een hoogte van amper 1,25 meter (er zijn tegenwoordig hogere Lamborghini's) en een lengte van 4,18 meter wisten de designers een prachtig silhouet te trekken. Geruststellend zien we enorme remschijven en klauwen achter fraai ogende velgen. Hierbij kunnen we eveneens bevestigen dat ze enorm goed zijn in wat ze doen.

Chauvinisme

Een gelijke mening hebben we over het interieur trouwens. Ja de bediening van de radio aan het stuur staat op de verkeerde plaats en ook zal je twee maanden moeten zoeken voor je door hebt hoe de cruisecontrole aan te zetten... maar het blijft een Fransman natuurlijk. Nee, we moeten deze A110 vieren, want Renault heeft niet gewoon zitten graaien in de onderdelendoos voor andere modellen van het merk.

Image
alpine-a110-rijtest-2018

Het resultaat is een minimalistisch interieur met lekkere Sabelt-sportstoelen, de nodige knappe blauwe accenten en zo mogelijk nog meer minimalisme als het op opbergruimte aan komt. Duw je de Louis Vuitton wat samen, dan krijg je die waarschijnlijk nog wel ergens weg in de koffer voor of achter. Trouwens; ook spijtig van die verdomde Franse vlagjes op het exterieur en op het deurpaneel. Al valt ons dat vooral zwaar door één of ander voetbalwedstrijdje in Rusland. Wrijf het nog wat in ons gezicht, Alpine...

Beziens

Kan je vrede nemen met de uitslag van die match, dan mag je 58.800 euro overschrijven naar het hoofdkwartier van Renault in Boulogne-Billancourt om zo'n Alpine op je oprit te parkeren. Althans voor de Première Edition die wij reden. De Pure-versie start bij 55.000 euro. Opties zijn eigenlijk zo goed als onbestaande. Een aantrekkelijk aanbod, zonder twijfel.

Image
alpine-a110-rijtest-2018

Vergelijkbaar gerief - Porsche 718 Cayman, Jaguar F-type - doet het met meer kracht onder de kap... maar ook met een hoger prijskaartje en gewicht. En ook niet onbelangrijk in dit segment; met de Alpine A110 heb je een stuk meer beziens.

Conclusie

Een Comeback met een grote C voor Alpine. Met de A110 als eerste product en wat voor één. Een pure sportwagen volgens het oude receptuur die je niet graag terug uit handen wil geven. Moesten we in de markt zijn voor iets in die prijsklasse, we zouden geen nanoseconde twijfelen. Een klassieker in wording met enkele kleine minpuntjes. Maar net zoals echte klassiekers neem je die minpuntjes er met liefde bij.

Specificaties

Vermogen252 pk
Overbrenging7-traps automaat
Aandrijvingachterwiel
Gewicht1 103 kg
Topsnelheid250 km/u
Prijs testwagen€ 58 800
Prijs basismodel€ 55 000
0 tot 100 km/u4.50 sec
Gemiddeld testverbruik8.30L/100km
CO2-uitstoot138 g/km
BIV€ 431
Rijtaks291

Reactie toevoegen

Je moet ingelogd zijn om reactie te plaatsen.

Inloggen