Rij-impressie: Ford Puma (2020)

Doet de naam ‘Puma’ je een belletje rinkelen? Dat is niet onlogisch: eind jaren 90 reed er een kleine sportieve coupé rond met die naam, op basis van de toenmalige Fiesta. Nu gebruikt Ford het Fiesta-platform opnieuw voor een Puma. Deze keer één die Fords SUV-gamma moet komen versterken. En laat ons eerlijk zijn: dat is welkom. Want op de Kuga na, die trouwens volledig vernieuwd werd, slagen de EcoSport en Edge er bij ons niet echt in om veel potten te breken.

Gigasegment

Vooral voor de EcoSport is dat lastig, want SUV’s in het B-segment: dat is een vijver waar tegenwoordig elke constructeur in wil vissen. Meer zelfs: je kunt geen B-segmenter bedenken of er bestaat wel een SUV die hetzelfde platform gebruikt. Denk maar aan de Citroën C3 Aircross, de VW T-Cross, de Kia Stonic, Renault Captur,… en de lijst is bijna eindeloos. ______ Check hier onze video:

_______

De EcoSport hadden we te danken aan de “One Ford”-filosofie van het merk, waarbij wij de Latijns-Amerikaanse SUV kregen, terwijl onze Fiesta de grote plas overstak. Maar Ford stapt stilaan af van die filosofie en ziet het belang in van een model dat volledig voor de Europese markt ontwikkeld is. Reken dus maar dat deze Puma aardig wat rondjes heeft gereden in Lommel.

Broederlijk

Nu, Ford heeft liever twee SUV’s in het B-segment dan één, en laat deze Puma dus nog een tijdje broederlijk naast de EcoSport in de catalogus staan. Het maakt de keuze er wellicht niet makkelijker op, zeker niet als je weet dat ze beide niet veel in lengte schelen: 4,10 meter voor de EcoSport en 4,19 meter voor de Puma.

Komt het op ruimte aan, dan zit je beter bij deze Puma: de wielbasis is niet alleen zo’n 7 centimeter langer, de koffer is met de achterbank rechtop ook ruim 100 liter groter. Komt het op uitrusting aan, dan kies je beter ook voor die laatste. Weegt vooral de prijs door, dan is de EcoSport interessanter. Maar daarover meteen meer.

Milde hybrides

Want ook op motorvlak heeft de Puma een streepje voor, in de zin dat hij een moderner aanbod krijgt. Daar hoort ook hybridetechnologie bij, zij het in de vorm van een mild hybrid. Of liever, twee: een 1.0 EcoBoost van 125 pk en een versie van 155 pk. Die eerste is ook zonder milde hybride aandrijving te krijgen in een versie van 125 pk, eerst nog even met manuele zesbak maar binnenkort met automatische zevenbak. In mei komt er ook nog een 1.5 TDCi-dieselversie bij van 120 pk.

Tijdens onze eerste kennismaking met de Puma konden we beide milde hybrides aan de tand voelen. Ford heeft er alles aan gedaan om ze weinig te laten verbruiken. Want als je de motor niet echt aanspreekt, wanneer je uitbolt of gewoon een constante snelheid rijdt, schakelt de Puma een van zijn driecilinders uit, en gaat hij dus door het leven als... tweecilinder. In de praktijk merk je daar eigenlijk weinig van. Met een ontspannen rijstijl is een gemiddeld verbruik van een kleine 6 liter best mogelijk, iets boven wat Ford zelf als WLTP-cijfer opgeeft.

Enthousiaste driepitters

Verder liggen beide motoren in het verlengde van wat we van Fords EcoBoost-driecilinders gewend zijn: enthousiaste driepitters die helemaal onderin de toeren wat hol zijn (al vangt de mild hybrid dat wel grotendeels op) maar eens op dreef energiek voor de dag komen. Het verschil tussen beide uit zich vooral in responstijd en acceleratiecijfers (9,8 versus 9,0 seconden voor de klassieke oefening) maar in de praktijk leggen ze allebei het nodige rijplezier voor de dag.

Over rijplezier gesproken: de Puma rijdt als een Fiesta op hoge poten. Tuurlijk, de scherpte en precisie van de Fiesta wordt in de hogere Puma vergezeld door wat meer koetswerkrol, maar Ford heeft het verder aardig voor mekaar gekregen om de “Fiesta-SUV” ook echt als een Fiesta te doen aanvoelen. Wel is het even opletten met de ST-Line-uitvoering: diens stuggere onderstelafstelling wil wel eens wat nukkiger reageren als het asfalt er minder mooi bijligt.

Prijzen

Hoeveel de Ford Puma nu moet gaan kosten? 23.200 euro, en dat voor de (niet-milde hybride) 1.0 EcoBoost van 125 pk in Titanium-uitvoering. De meerprijs voor de milde hybride uitvoering bedraagt amper 400 euro, wat die keuze gezien het lagere verbruik en de lagere CO2-uitstoot een no-brainer maakt. De ST-Line begint vanaf 24.700 euro. Opmerkelijk: Ford voert met Titanium X en ST-Line X ook een X-uitvoering in, die telkens nog wat meer aan de uitrusting toevoegen.

Die uitrusting verklaart ook het prijsverschil tussen de Puma en de EcoSport, die vanaf 19.850 begint. De EcoSport beschikt immers nog over een basisuitvoering onder het uitrustingsniveau Titanium, terwijl de Puma pas vanaf dat niveau begint. Hij krijgt daardoor wel al onder meer Fords SYNC3-infotainmentsysteem met navigatie standaard, en onder meer nog digitale radio, Apple CarPlay en Android Auto. We noteren ook nog een wifihotspot en rijstrookhulp bij de standaarduitrusting, naast nog een rist andere zaken. Die handige MegaBox onderin de koffer? Ook standaard.

Conclusie

Vergeet wat ons betreft de EcoSport, deze Puma is de interessantere compacte SUV in het Ford-gamma. Niet alleen omdat hij groter en praktischer is, maar ook omdat hij in verhouding niet gek veel meer kost en veel plezieriger rijdt. Maar of de Puma echt kan opvallen in een overbeviste vijver als die van de SUV’s in het B-segment? Dat is nog even afwachten.