Is er een manier om een klassieke Austin-Healey nog knapper te maken? Volgens Caton alvast wel, want zij komen met deze strakke restomod op de proppen. Het enige dat je ervoor moet doen is precies de juiste donor op de kop tikken, bij de eerste 25 kandidaten zijn en vervolgens flink in de buidel tasten.
Als je dol bent op oldtimers maar hun typische karakter — lees: roest, stank en reparatiekosten — je gestolen kan worden, dan kan je tegenwoordig al een aantal zo goed als nieuwe exemplaren op de kop tikken. Bij Jaguar alleen al kon je in de voorbije jaren terecht voor zogenaamde continuation cars van de C-Type, D-Type en XKSS. De verantwoordelijke van die laatste twee projectjes is sinds kort losgebroken van Jaguar, en is met zijn eigen ideeën aan de slag gegaan. Het resultaat is deze ‘Healey by Caton’.
Hoofdruimte bij de vleet
In tegenstelling tot bovenstaande voorbeelden gaat het hier niet om een nieuwe auto gebouwd volgens de oorspronkelijke plannen, maar wel om een heuse restomod. Dat betekent dat de ontwerpers vrij spel hadden om zaken naar wens aan te passen, en op dat vlak hebben ze zich dan ook niet ingehouden. De originele lijn van de Austin-Healey blijft namelijk wel herkenbaar, maar de volledige carrosserie werd als het ware opgekuist. Zo werden de naden tussen de panelen tot een minimum beperkt en moest een groot deel van het chroomwerk — waaronder de bumpers, de deurgrepen en zelfs de spiegels — eraan geloven.
Ook binnenin staat minimalisme op de voorgrond, en comfort dus op de achtergrond. Weg zijn dan ook de radio en de verwarming, al is de nieuwe voorruit wel iets hoger dan origineel om wat extra bescherming tegen de wind te bieden. Daarnaast beloven de Britten ook dat de rijpositie verbeterd werd dankzij een betere plaatsing van de pedalen, en dat de gemiddelde volwassene daardoor voortaan wél zonder problemen in de Healey past. Ben je toch wat groter dan gemiddeld, dan is dat misschien niet eens zo’n groot probleem. Een dak is namelijk niet voorzien, dus hoofdruimte is er hoe dan ook bij de vleet.
2.000 manuren
Onderhuids zijn de monteurs nog best trouw gebleven aan het originele ontwerp, want de 3.0-litermotor uit de Austin-Healey 100/4-donor blijft in essentie behouden. Alles eromheen werd daarentegen wel vervangen door moderner materiaal, waardoor de flinke viercilinder nu 185 pk en 264 Nm koppel produceert. Die stuurt hij ook niet meer naar een verouderde drieversnellingsbak met overdrive, want de overbrenging wordt voorzien door een moderne handbak met vijf verzetten. Een setje schijfremmen en stabilisatiestangen maken het mechanische plaatje af.
Dan rest enkel nog het kostenplaatje, en dat is al even indrukwekkend. Zo vraagt Caton 474.000 pond — omgerekend zo’n 570.000 euro — voor zijn restomod, en dan moet je zelf nog zorgen voor de juiste Austin-Healey 100/4-donor uit de bouwjaren van 1953 tot 1955. Die prijs is ergens niet verwonderlijk wanneer je weet dat de Britten er zo’n 2.000 manuren mee zoet zijn en de oplage beperkt wordt tot slechts 25 exemplaren. De ‘Healey by Caton’ zal voor het eerst te zien zijn op de Salon Privé-show in Londen van 21 tot 23 april.
Reactie toevoegen
Je moet ingelogd zijn om reactie te plaatsen.
Inloggen