Rijtest: Volkswagen Beetle 2.0 TSI

Over de looks van de Beetle hadden we het in een eerdere test al. De wagen werd bijgevijld om de ronde vormen weg te werken. Dat was nodig, want die ronde vormen spraken vooral vrouwelijk kopers aan en schrokken de mannelijke kopers eerder af. Bij deze nieuwe generatie werd het dak dus lager en kreeg de verlichting ook de nodige aandacht. Dat maakt dat de Beetle er wat mannelijker uit komt. Zeker in de Sport-trim, waarbij hij voorzien wordt van een spoiler, die mensen al snel de vergelijking met een Porsche 911 laat maken. Dat is dan weer een brug te ver, want de Beetle raakt nog niet aan diens hielen.

De vermannelijking van de Beetle wordt ook in het interieur doorgetrokken. Dat is een beetje jammer, want veel van de retro-kenmerken verdwenen. De grote centrale teller achter het stuur maakte plaats voor een conventionele opstelling met twee tellers en boordcomputer, het optionele bloemenvaasje op de middenconsole is er ook niet meer. Zelfs de netjes die dienst deden als bergvak zijn niet meer van de partij. In de plaats vinden we een interieur terug dat we uit andere Volkswagens kennen, al lijkt de afwerking wat van een minder niveau. Zitten doe je in comfortabele zetels, al missen we wat steun bij sportiever rijden. Ook achteraan is er plaats voor twee volwassenen, iets waar bij de vorige generatie niet over nagedacht werd.

Onder de kap de 2.0 TSI, de 200 pk sterke turbomotor die de Beetle deelt met zoveel andere modellen. We testten hem al met verschillende gezichten. Zo was er de sportieve kant in de Golf GTI of de Skoda Octavia RS maar kregen we ook zijn burgerlijke kant te zien in de Skoda Superb. Deze Beetle geeft hem nog een ander gezicht, al leunt hij qua rijgevoel eerder bij de eerste groep aan. De Beetle gaat in 7,5 seconden van 0 naar 100 km/u. Dat lukt mede dankzij de zacht schakelende DSG-versnellingsbak. Kleine voetnoot daarbij is dat het nog om de DSG-6 gaat, waardoor het verbruik een ietsje hoger ligt dan bij de huidige DSG-7 versnellingsbakken. We merkten ook dat de DSG-6 iets bokkiger schakelde, al is dat een kwestie van gevoel. In het voordeel van de DSG-6 pleit dan weer dat de bak later schakelde en je zonder problemen tot aan de rode zone laat surfen. We verstookten met de Beetle gemiddeld zowat 8,5 l/100 km. Een eco-rijstijl is mogelijk (7,0 l/100 km) al is het beschikbare vermogen veel te fijn om het niet te gebruiken.

De Beetle deelt een groot deel van het onderstel met de Golf GTI maar dat komt tijdens het rijden niet helemaal naar boven. Dat komt omdat de Beetle met 2.0 TSI motor niet weet te kiezen tussen het sportieve of het comfortabele. Zo trekken de versnellingsbak en de motor meer de sportieve kaart, terwijl de zetels meer op comfortabel rijden zijn afgesteld. Dat is jammer maar laat het de pret niet vergallen. De wagen leent zich tot comfortabel rijden en het vermogen is vrij eenvoudig aan te spreken door een duw op het gaspedaal. Het chassis volgt de instelling van de motor en dempt sportief, al wordt het nooit te hard.

De Beetle TSI laat zich moeilijk vergelijken met de Golf GTI. Ze delen dan wel dezelfde motor en het onderstel, verder slaan beide modellen compleet andere wegen in. De Beetle wil minder de sportiefste van de klas zijn maar laat wel toe dat je hem eens op zijn staart trapt. Dat je er dan een paar duizend euro minder voor betaalt dan voor de Golf GTI is mooi meegenomen. Dat de nieuwe Beetle zijn retro-trekken wat verhult is dan weer goed aan de buitenzijde, bij het interieur krijg je zo een aanblik zoals er eigenlijk teveel in het Volkswagen-aanbod hebt.