Rijtest: Dacia Duster & Suzuki Jimny (2018)

De opa's uit het terreinwagensegment, zo mag je de Suzuki Jimny en Dacia Duster wel noemen. Beiden zijn aan het einde van hun levenscyclus. En toch hadden we zin om deze iconen nog eens mee te nemen voor een test. Om gepast adieu te zeggen.

Zie ze daar staan, de Dacia Duster en de Suzuki Jimny. Twee modellen waar je niet in dood gevonden wil worden. Of toch, dat is wat je op familiefeestjes rondbazuint. Want stiekem wil je wel met die wagens rijden. Omdat ze beiden op hun eigen manier het crossover-rijden interpreteren.

Oude knarren

Wist je dat de huidige versie van de Suzuki Jimny intussen 20 jaar wordt? Hij mag dan wel wachten op zijn opvolger die dit jaar nog ten tonele verschijnt, aan zijn lijnen zou je het niet meteen merken. Enerzijds omdat je 'm niet zo vaak ziet rijden, anderzijds omdat de Jimny nog steeds best modern voor de dag weet te komen. Zeker als je vergelijk met de voorganger, de Samurai. Toegegeven, jaren-90-looks zijn er wel, met een kenmerkende afgeronde hoekigheid. En o ja, zo'n reservewiel achterop, waar kom je dat tegenwoordig nog tegen? Zelfs de Ford Ecosport en de de Land Rover Discovery hebben dat ingeslikt.

Hoewel Dacia's Duster pas een goed decennium later op de markt kwam, kenmerkt hij zich door dezelfde afgeronde hoekigheid. Alsof ze bij Dacia dachten dat een jaren 90-look wel voor een budgetsfeertje zou zorgen. Want dat was en is het unique selling proposition van de Duster, zijn lage prijs. Voor iets minder dan 12.000 euro rijd je met een SUV rond. Althans als je de basisversie meeneemt, want onze testwagen kost alweer een kleine 18.000 euro. Nog altijd niet heel duur, maar wel de helft meer dan de basisvariant.

back to the 90s

Zo modern als beide wagens aan de buitenkant ogen, aan de binnenkant kan je de jaarringen beginnen tellen. Dacia voorziet de verstelknop voor de zijspiegels in de middenconsole, de radio krijgt wel een USB-aansluiting maar hang geen sleutels aan je USB-sleutelhanger, want dan kras je het scherm van de navigatie. Bij de Jimny is een achteraf ingebouwde radio die "Spotify ready" schreeuwt het modernste dat we binnenin vinden. Verder wordt het dashboard gedomineerd door knoppen voor de gearing. Dat lees je goed, de Jimny duw je via de knop in high of low gearing, niet met een pookje. Vooruitstrevend destijds en plaats- en gewichtsbesparend.

Geen gearing-knoppen bij onze Duster. Hij staat er zoals waarschijnlijk meer dan de helft van het koperspubliek hem op het bestelformulier aftekende, met voorwielaandrijving en een dieselmotor. In dit geval wel de 110 pk sterke 1.5 dCi. Niet meer in het gamma te vinden verder, want de emissienorm heeft ook deze Dacia bijgehaald. In de Suzuki word je verwelkomd door het geluid van een 1.3 benzinemotor. Niet dat beide motoren vergeleken hoeven te worden, want 80 benzine-pk's zijn nooit een sparring partner voor de 110 pk uit de diesel van de Dacia. In snelheid valt dat nog mee, op terrein bewijst de diesel zich de betere van beide dankzij het koppel van 240 Nm tegenover 110 voor de Jimny, al vecht de Jimny meteen terug door zijn bijna komiek laag gewicht.

Op de baan is het vooral de Duster die het voortouw neemt. Zijn afstelling blijkt een stuk minder zweverig dan die van de Jimny en hoewel de Jimny de go-kart van de twee is, boezemt het stuurgedrag van de Duster meer vertrouwen in. Offroad draait het dankzij de high en low gearing weer in het voordeel van de Jimny, al heeft een vierwielaangedreven exemplaar van onze testwagen daar waarschijnlijk meer tegen in te brengen.

van 't paadje

Waarom je dan toch voor de Jimny zou kiezen? Bekijk hem eens. Zijn korte overhangen zorgen ervoor dat hij erg wendbaar is, zowel op de baan als offroad. Neem daarbij nog eens de overzichtelijkheid die Suzuki destijds verkreeg door de grote glaspartijen en je ziet waarom er her en der toch mensen voor deze Jimny kiezen. Al zijn het dan vooral boswachters die hem onder de arm nemen om van jachtopzienershut naar de volgende bomenkap te rijden.

Ruimteliefhebbers kiezen dan weer eerder voor de Duster. De Jimny heeft wel een achterbank, maar dan moet je gaan kiezen. Of wel twee extra passagiers tegen de dunne rugleuning laten zitten, ofwel wat extra bagage meenemen en de achterbank neerklappen. Daartegenover is de Duster een verademing. Twee volwaardige zitrijen en nog plek voor een hoop bagage. Al is de bagageruimte zo 'goed' afgewerkt dat je dat pak melk wel eens achter de bekleding zou moeten gaan zoeken.

Of beide wagens dan wel het vergelijken waard zijn? Ze gaan beiden uit het gamma, ze zijn beiden ongeveer hetzelfde geprijsd. Voor een Suzuki Jimny JLX Dakota zoals de onze betaal je 18.699 euro, voor de Dacia Duster net iets minder. De basis-Duster kost in het nieuwe model met 11.990 euro nog altijd evenveel als bij het oude model, maar dan heb je een platte benzine zonder al te veel opties. Uitgeklede basisprijzen, ze zijn er voor een reden.

conclusie

We hebben ons zakdoekje al bovengehaald en wuiven hiermee beide modellen uit. De no-nonsense aanpak van zowel Dacia als Suzuki siert beide modellen, al zou het beter kloppen mocht Suzuki de prijs van haar kleintje wat aanpassen naarmate de wagen veroudert. De status van de Samurai zal hij waarschijnlijk niet snel krijgen, als boswachtersauto heeft hij wel zijn bestaansreden. Uit beide modellen zouden we toch de Duster kiezen, die biedt meer waar voor zijn geld op de verharde wegen. En waar in ons land mag je nog offroaden?