Rijtest: Citroën DS5 1.6 THP 200

Het is dan ook de buitenzijde die de meeste aandacht trekt. Met zijn lage daklijn en gestrekte vorm weet hij te verleiden, al is de vormgeving niet onbesproken. Zeker de chrome hockeysticks die langs de motorkap lopen doen de hoofden draaien. 'Om voetgangers mee weg te slaan?', 'of zijn het ingewerkte zwaarden?' horen we dan ook als we de wagen ergens parkeren. Feit is dat de chrome strips de motorkap in profiel slanker laten ogen. De deuren zijn iets conventioneler dan bij de DS4, de achterste ramen gaan bij dit model wel open. De kont van de DS5 is breed, laag en oogt erg stoer. Daar zorgen de uitgeholde achterlichten voor, al trekken de dikke uitlaateindes ook wel de aandacht.

In het interieur vinden we een dashboard dat we nog niet eerder zagen. Het is veel uitgestrekter dan bij de DS4 en vouwt zich als het ware rond de bestuurder heen. De navigatie werd mooi geïntegreerd, al is de kunststof daarrond niet in dezelfde toon als de rest van het interieur. Hier geen dashboard dat je met leder kan laten bekleden zoals in de DS4. Jammer, want dat gaf een lekker gevoel van luxe. Citroën neemt dat 'rond de bestuurder' wel erg nauw, want ook in de dakbekleding vind je knopjes. Daarmee kan je de head up-display bedienen, net als de verduistering voor het panoramische dak. Leuk, al is de bediening niet erg intuïtef. Citroën inspireert zich op de luchtvaart voor de vormgeving en dat merk je aan het panoramische dak dat in drie delen is gedeeld, waarbij de bestuurder en de voorste passagier elk een apart raampje hebben. Het dak kan niet open. Hoewel de daklijn erg snel afloopt, hebben de achterste passagiers niet de minste moeite met het plaatsnemen. Ook bij het zitten blijft er voldoende hoofdruimte over. Citroën slaagt er in om toch nog 468 liter bagageruimte te creëren, ondanks de lager kofferlijn. Handig is dat de kofferklep niet in de hoek scherniert, maar een stukje hogerop, zodat toch een ruime inlaadopening behouden blijft. Op de hoek van de achterruit zit dan weer een spoiler, zoals Citroën ook bij de vorige generatie C4 deed. Die zorgt ervoor dat het zicht naar achteren net op ooghoogte onderbroken wordt, vrij lastig als je het achteropkomende verkeer wil inschatten, wie inparkeert heeft een achteruitrijcamera ter beschikking. Het zicht naar voor is dan weer erg goed, dankzij de grote voorruit en het extra zijraampje aan de A-stijl.

De Citroën DS5 ziet er dan wel uit alsof hij niets met de rest van het gamma te maken heeft, onder zijn aparte huid deelt hij heel wat onderdelen met zijn broertjes. Zo neemt hij het chassis over van de DS4/C4 Picasso, niet meteen wat je verwacht van een auto die zich sportief gedraagt. De hydropneumatische ophanging van de C5/C6 vond dan ook geen plaatsje in deze DS5, zodat hij geen supercomfortabele cruiser is. De demping is wat te kort om er genot van te hebben. De demping zou dus wat zachter gehouden zijn, terwijl de sturing dan weer erg precies gaat. Bochtjes doe je er dan weer mee alsof je met een sportkar onderweg bent. Voor ons voelde het stuurwiel - met afgeplatte onderzijde - echter wel iets te groot aan om ons voluit in de bochten te gooien. De motor is sterk genoeg om al van bij lage toeren te beginnen duwen, al mis je de sensatie wat omdat het interieur erg goed geïsoleerd werd. Vanaf het moment dat hij hoger in toeren gaat, hoor je de viercilinder sterker doorklinken in het interieur. Toch duurt het tot 5.800 rpm vooraleer je zijn volledige vermogen losweekt, en dan zit je al dicht tegen de begrenzer aan.

Citroën ziet de DS-reeks als de luxeversie van de C-modellen en dat is bij deze DS5 niet anders. Daarom krijgt hij vooral de grotere motoren van de C5 mee. In benzineoutfit is dat de 1.6 THP met 155 of 200 pk, in dieselversie zijn de 1.6 e-HDi met 110 pk en de 2.0 HDi met 135 of 163 pk beschikbaar. De meest aparte variant is de Hybrid4, de combinatie van dieselmotor en elektromotor zorgt daarbij voor de vierwielaandrijving. De lichtste DS5 betaal je 30.185 euro, onze 1.6 THP 200 SportChic begint op 38.225 euro. Daarmee is hij amper duurder dan een C5, waar je een 1.6 THP minimaal 29.185 euro betaalt.Voor de diesels wordt dat verschil groter, de 1.6 e-HDi 110 kost in de DS5 30.195 euro, waar die in de C5 26.685 euro kost. Dit maar even ter vergelijking van de beide grote Citroën-modellen. De head-up display kost je 350 euro extra het erg degelijke Denon-geluidssysteem heb je voor 600 euro extra. Het ietwat verouderde maar nog steeds correct werkende GPS-systeem kost 1.290 euro, in combinatie met camera en Bluetooth-mogelijkheid. Tel je die zaken op, dan kom je voor onze testwagen op een prijs van 40.800 euro. Daarvoor heb je een goed uitgeruste Citroën waarmee je de hoofden laat draaien en je zelf ook niet op je honger blijft zitten.

Een Citroën DS5 koop je om zijn uiterlijk, laat dat duidelijk zijn. Wie niet meteen gewonnen is voor de enigszins stoere looks van deze grootste DS, laat hem beter aan de kant staan. Citroën neemt dat esthetische namelijk wat over in de snufjes van het interieur dat overigens goed geïsoleerd en vrij van bijgeluiden bleek. De inzittenden hebben echter wel het gevoel alsof de oneffenheden in de wegen ongefilterd doorkomen tot dat interieur, iets comfortabeler had wel gemogen, vonden wij. Toch balanceert de DS5 ergens op de grens tussen comfort en sprotiviteit en weet hij niet naar welke kant hij moet springen. We vragen ons echter af of vooral het design niet zal afschrikken en deze Citroën DS5 dezelfde weg opgaat als de Renault Avantime destijds, al had die wel een minder uitgesproken marketingcampagne achter zich staan. Aan zijn prijs zal het niet liggen, met een basisprijs van 31.000 heb je een goeie wagen voor je geld.

Tekst: Sven Geiregat

Foto's: Nathan Gevers