Rijtest: Lexus IS200d

Lexus kwam in 1999 met de IS op de proppen. Een leuke 4-deurs sedan met een badge die gekend is voor luxe en comfort. Sinds de IS eind 2005 zijn nieuwe vormen liet zien bracht Lexus hem op de Europese markt in drie motorvarianten. De IS250 en de IS220d en de RS4/M3-concurrent, de IS-F. De eerste is een best aardige benzine motor met ruim 200 pk, de diesel met 177 pk en de IS-F kreeg een dikke V8 met 423pk mee onder de kap! Sinds modeljaar 2011 kennen we een iets lichtere variant die de diesels zal vervoegen. de IS200d. De 200d motor is in principe dezelfde als die van de IS 220d. Beide hebben ze 2.231cc, 4 cilinders, 16 kleppen en common rail injectie. Het enige waarin ze verschillen is het aantal pk’s (150pk) en het maximale koppel (340Nm). De redenen waarom Lexus met een lichtere diesel motor op de markt komt zijn eenvoudig. 1) CO2 uitstoot naar beneden halen en 2) de concurrentie verhogen tussen de Lexus IS, Audi A4, Bmw 3, Mercedes C en sterke nieuwkomer in dit segment, de Infiniti G.

De 150 pk’s in deze 200d zijn in principe net voldoende voor de auto. Nog iets minder had een probleem geweest. Hij komt er nog net mee weg doordat hij vrij vlot in toeren gaat. De dus niet al te geweldige motor is gekoppeld aan een toch wel degelijke manuele versnellingsbak. Toch ook hier een minpunt: de diesels zijn niet te verkrijgen met een automatische versnellingsbak. Die is gereserveerd voor de benzinemotor om daar alsnog het verbruik te drukken. Toch wel jammer, aangezien de dieselvarianten commerciëel interessanter zijn en gekocht worden voor comfort, iets waartoe een automatische versnellingsbak bijdraagt. De handbak is voorzien van zes verzetten, die laatste is meer een overdrive. Bij 120 km/h rij je in 6de verzet een beetje moeizaam. De motor komt dan amper over de 1.700 rpm en lijkt het wat moeilijk te hebben bij hernemingen. Bij 140 km/h en dus een extra portie toeren is dit euvel verdwenen. Waarschijnlijk doet deze perfect dienst in Duitsland, waar je al eens wat sneller mag fahren. Let wel, deze wagen is dus (voornamelijk) bekend voor zijn luxe. En daar scoort de Lexus toch wel tegenover de concurrentie...

Het begint eigenlijk al nog voor je de wagen instapt. Als je naar de wagen toe stapt, detecteert “hij” dat en gaat  omgevingsverlichting branden. Gewoon een paar LED's aan de zijspiegels maar toch een subtiele, leuke verwelkoming. Eenmaal in de wagen is het vrij duidelijk, je zit in een Lexus. Het comfort van de zetels - lees: sofa’s - vooraan is zeer goed en ze bieden een goede ondersteuning tijdens de langere ritjes. Wil je sportief gaan rijden adviseren we toch de F-Sport zetels, die bieden meer zijdelingse steun. De achterbank is praktisch hetzelfde qua comfort als de zetels voorin. De hardere kopsteunen zijn een klein hekelpunt. De ietwat beperkte beenruimte is enkel een minpunt voor de grotere passagiers onder ons. De koffer laat zich ook opmerken. Zo heeft de koffer een zeer grote opening maar heeft hij een zeer onhandige indeling. Dit is te wijten aan de wielkassen. Resultaat is dat je met 398l een tamelijk grote koffer hebt waar je relatief weinig mee kan doen.

Als we naar de gebruikte materialen kijken zien we niet veel verschil tegenover de duitse concurenten. Alles voelt zeer solide aan en een holle plastiek is er gelukkig niet te vinden. Wat ons ook snel opviel was het lawaai, of beter gezegd, het gebrek er aan. Het is verdomd stil in de wagen. De motor zelf maakt best wat lawaai, binnen hoor je daar amper iets van. Ook rolgeluiden zijn herleid tot een minimum. Als je de deuren dichtslaat, hoor je een doffe klank die wijst op gebruik van een hele hoop dempingsmateriaal. De instrumentencluster is vrij sereen opgebouwd en kort gezegd gewoon goed, geen storende elementen te vinden. Voor het stuurwiel geldt net hetzelfde. Die is simpel maar goed uitgevoerd, alleen het cruise control-hendeltje staat wat ongelukkig gemonteerd. Geen minpunt waardig eigenlijk.

Het optionele Navigation & Multimedia Pack is een leuke toevoeging aan het interieur, puur estetisch gezien is dit gewoon fraaier. Helaas oogt de software een beetje gedateerd. Over de functies hoor je ons niet klagen, die zijn up-to-date met TMC (nodig voor Dynamic Route Guidance), Bleutooth Audio (A2DP), DVD etc. De audiofiel in mij staat ook best sceptisch tegenover grote namen qua audio in de wagen. Onze perswagen was uitgerust met een Mark Levinson-systeem, één van de drie mogelijke keuzes. Mark Levinson of twee standaard versies (Panasonic, 8 of 13 speakers). Het Mark Levinson-systeem bevat 14(!) luidsprekers, waaronder één 200 mm Subwoofer en de mogelijkheid om 5.1 Dolby Surround geluid weer te geven bij het bekijken van een DVD. Na een paar kleine instellingen te wijzigen moet ik zeggen dat dit systeem het beste klinkt tegenover Bose en Harman/Kardon.

De Lexus IS200d is, zoals verwacht, geen al te krachtig model maar de luxe en comfort maken veel goed. Qua CO2 emissie is hij met 134 gr/km geen al te grote vervuiler en haalt hij de "Euro V" norm. Hij heeft waardige concurrentie maar zit met zijn basisprijs iets hoger dan de rest, al krijg je er wel een complete wagen voor in de plaats. Ga je voor prijs/kwaliteit, dan is deze IS200d het overwegen waard.

Tekst: Yannick Degroeve
Foto’s: Nathan Gevers

Met dank aan Lexus Belgie voor de wagen.

(Wagen zoals afgebeeld: Luxury Pack, Zilver koetswerk met zwart ledereren zetels. Inleg in donkerbruin essenhout en 10-spaak 17” velgen)