Uiterlijk 1-1
Beide wagens hebben een eigen uitgesproken stijl. Binnen het eigen merkgamma komen natuurlijk de specifieke kenmerken naar boven die de modellen zo herkenbaar maken als BMW of Audi. 

De Audi laat zich globaal kenmerken door zijn eerder sobere en gedistingeerde stijl. Bemerken we vooraan nog een hertekende snoet met speelse en sportieve lijnen die beter in de familiestijl past, dan kan je het design van het profiel en de achterkant eerder saai en veilig noemen. De voorbumper van de A4 kreeg een deugddoende opfrisbeurt en biedt nu plaats aan een stel bijzonder knap gestileerde lichtblokken met hertekende LED-strip. We zijn enorm blij dat Audi afstand doet van de kerstboom achtige LED-verlichting zoals we die de vorige jaren kenden. Verder herbergt de snoet van de A4 nog enkele andere pittige details, zoals de scherp afgesneden hoeken van de voorbumper en de grotere, meer geaccentueerde single frame-grille. In profiel is de Audi zoals vermeld eerder een toonbeeld van braaf burgerschap. Het lijnen spel is wel strak, maar verder valt er hier weinig spannendst op te merken. Achteraan een herhaling van deze ingetogen lijnen.

Wie meer houdt van een krachtiger lijnenspel zal in deze duotest automatisch gewonnen zijn voor de 3-reeks. Langs welke kant je dit model ook beschouwt, overal bemerk je wel een interessante lijn die wijst op enige durf en creativiteit aan de kant van de designers. Vooraan herken je waarschijnlijk zelfs een verwijzing naar de BMW i9 in de wijze waarop de koplampen natuurlijk overvloeien in de kenmerkende BMW-grille. De koplampen zijn fijn gestileerd en herbergen in standaarduitrusting dagrijverlichting met gewone halogeenkoplampen. Graai je in de optielijst en kies je voor optionele xenon koplampen, dan krijg er eveneens LED-dagrijverichting bij onder de vorm van de ondertussen wel gekende ‘angel eyes’. De wit-blauwe vierkant omrande koplampen geven de snuit van de 3-reeks een pak meer karakter. In profiel en achteraan weet de BMW ook meer te verleiden met zijn speelse design en dat blaakt van sportiviteit.

Binnenin 1-2
Leek het verschil al groot tussen beide modellen bij de bespreking van de looks, dan wordt dit enkel en alleen nog maar bevestigd door de interieurs van beider Duitsers. De Audi trekt volledig de kaart van het comfort en dat merk je als je plaats neemt op de bestuurdersstoel. Ten opzichte van de BMW is het dashboard groter en is de afstand tot de voorruit langer. Dit heeft tot gevolg dat de BMW je vanaf het eerste moment een sportievere indruk meegeeft, welke ook nog wordt versterkt door de oriëntatie van het dashboard, dat naar goede gewoonte wat gebogen staat naar de bestuurder. De afwerkingskwaliteit in de Audi heeft duidelijk een streepje voor op die van de BMW. Het zijn vooral de gebruikte materialen die in de BMW soms van bedenkelijke kwaliteit zijn voor een wagen uit dit segment. Als voorbeeld nemen we armsteunen in de deuren er even bij. De kwaliteit van de gebruikte kunststof is echt niet aanvaardbaar voor een premium wagen uit dit segment.

De bedieningselementen van beide wagens belichamen in essentie dezelfde functies. Wat infotainment betreft dweept Audi met het MMI systeem, in de BMW vinden we dan weer het iDrive systeem terug. Van beide systemen is het dat laatste dat zich het meest intuïtief laat bedienen. Hier heeft BMW dus duidelijk een streepje voor op zijn concurrent uit Ingolstadt.

In deze discipline weet de BMW dus meer te overtuigen als het aankomt op het bedieningsgemak van de verschillende dashboardfuncties. Het gebruik van de bedenkelijke materialen kunnen we de constructeur jammer genoeg niet vergeven en dat kost hem dan ook de overwinning.

Motor
In deze vergelijkende test staan de 320d efficient dynamics en de Audi A4 2.0TDIe tegenover elkaar. Beiden beschikken over een 2-liter dieselmotor zoals er twaalf in een dozijn van bestaan.

De motorisaties zijn technisch gezien dan wel vergelijkbaar, in de praktijk zijn ze dat helemaal niet. De 320d Efficient Dynamics is voorzien van een 2-liter dieselmotor met 163pk (de niet-toegeknepen variant heeft er 184) en 380Nm. Hiermee is de BMW goed voor een sprintje naar de 100 km/h in een vlotte 8 seconden. Topsnelheid is voorzien op 230km/h. De A4 2.0TDIe beschikt over 136pk en 320Nm aan koppel. De prestaties van de Audi zijn logischerwijs iets minder pittig (9,3 seconden voor de sprint en een topsnelheid van 215Km/h) dan die van de BMW. De puristen onder onze lezers zullen al wel meteen kunnen opmerken dat de meest rechtstreekse concurrent voor de 2.0TDIe eerder een BMW 318d zou zijn. Die beschikt eveneens over 136pk (en 320Nm koppel) wat hem een meer gelijke slagkracht geeft dan de Audi. Dit terzijde gelaten laat deze test toch zeker toe beide wagens op hun kwaliteiten te beoordelen en de prestaties van de motoren naar waarde te schatten.

Erg opvallend is dat de BMW er ondanks zijn hogere vermogen toch in slaagt om een lager gemiddeld verbruik neer te zetten dan de Audi op een gelijk traject. In concreto hebben we het hier over een verbruik van 5.0 liter voor de 3-reeks tegenover 5.3 liter voor de A4 bij de zuinigheidstest. In het dagdagelijkse verkeer werd deze lijn verder doorgetrokken en bleek het steeds de BMW te zijn die tevreden was met het minst aantal liters diesel. De BMW 320d weet dus volop te overtuigen door zijn sportieve karakter en het daarbij horende bescheiden verbruik.

Rij-eigenschappen 2-2
Qua rijgedrag blijken beide modellen ook zeker niet elkaars gelijken te zijn. De BMW heeft ten opzichte van de Audi een uitgesproken sportiever karakter. In de eerste plaats staat het natuurlijk als een paal boven water dat de verschillende architectuur op het vlak van aandrijflijn hier een groot aandeel in heeft. De achterwielaandrijving van de BMW heeft in essentie al die eigenschap dat de wagen een sportiever karakter meekrijgt en zich vlotter laat rijden. Maar laat dat vooral niet het grootste verschil zijn in de rijbeleving tussen de A4 en de 3-reeks.

Een tweede groot onderscheid valt te bespeuren in de besturing. De brandstof besparende elektro mechanische stuurbekrachtiging van de Audi voelt niet altijd even loepzuiver aan als een meer traditionele stuurbehuizing. Het lichte stuurgevoel maakt dat de communicatie met de voorwielen soms wat zoek is. Laat niet misverstaan dat het onderstel van de A4 garant staat voor een onfeilbare wegligging. Deze wagen ligt als een spreekwoordelijke blok op de weg en laat zich door niets van de wijs brengen. Hierdoor ontpopt de Audi zich tot een gedroomde kilometervreter. De 3-reeks is overduidelijk de meest sportieve kemphaan in dit gevecht. Het comfortniveau is van een goed niveau, best verschillend van de vorige generatie van dit model die gekend stond om zijn overheersend sportieve karakter. Maar de purist hoeft zeker nog niet te panikeren. Via de selectieknop op de middentunnel kan je desgewenst nog kiezen voor een meer “sportieve” afstemming van onderstel, gasrespons waardoor je kan genieten van dat echte BMW-gevoel.

Prijs
We vernielen geen heilig huisje als we je vertellen dat deze beide wagens niet voor een prikje van eigenaar verwisselen. Bij het begin moeten we natuurlijk al meteen vermelden dat de basisprijzen niet volledig met elkaar te meten zijn om de hierboven vermeldde redenen dat ook de motorisaties niet echt elkaars gelijken zijn. De 320d kost in standaarduitvoering 34.350 euro. De A4 2.0TDIe kost je minimaal 30.600 euro. De meer vergelijkbare motorisaties zijn qua basisprijs wel meer aan elkaar gewaagd, hoewel BMW hier toch als duurste uit de bus komt gevallen. De 318d kost 30.900 euro. Een korte prijsvergelijking tussen de 320d en een A4 2.0TDI met 163pk levert een verschil van ongeveer 950 euro op in het voordeel van de Audi.

Het grote verschil tussen BMW en Audi kon tot voor enkele jaren gemakkelijk worden toegeschreven aan het uitgesproken sportieve karakter van BMW. Zoals gebleken uit deze test heeft Audi op dit vlak ondertussen ook zijn strepen verdiend, en loopt op die manier dat gat met concurrent BMW wat meer dicht. Aan de andere kant heeft de 3 reeks de A4 helemaal bijgebeend op vlak van comfort. Aan het eind van de meet is het de 3-reeks die voor ons met de gouden medaille aan de haal gaat. De A4 zit hem wel op de hielen, want in de vergelijking werd het ook heel erg duidelijk dat Audi de kampioen is op het vlak van interieurafwerking en materiaalgebruik. Beiden wagens kunnen van elkaar iets leren. Verliezen doet dan ook niemand met deze 2.

Tekst: Alexander De Nys
Foto's: Fréderic Louis