Test: Alfa Romeo Junior Veloce heeft alles om het merk te redden (2024)

Alfa Romeo Junior

Het aantal nieuwe modellen dat Alfa Romeo in het verleden moest behoeden van de ondergang is nauwelijks te tellen. Van de Giulia over de Stelvio tot de Tonale, allemaal hebben ze het merk boven water gehouden, maar comfortabel ademen was er vooralsnog niet bij. De echte doorstart van het merk zou wel eens van het eerste elektrische model kunnen komen.

We gaan hier niet verzanden in een uitgebreide geschiedenisles, maar feit is wel dat Alfa Romeo al lang op zoek is naar een succesmodel dat de nodige ademruimte kan geven op langere termijn. Met deze nieuwe Milano, excuus Junior brengt Alfa Romeo een model met zowel een hybride als elektrische aandrijflijn en een functioneel/sportief C-segment design dat klanten in maar liefst 26 landen (of 68% van de markt) kan gaan bekoren. De Junior moet zowel mannen als vrouwen aanspreken, klanten die nog naar de benzinepomp willen, maar ook progressieven die liever aan de stekker gaan. Kortom, het is een model voor Jan en alleman, dat bovendien ook nieuwe Alfa Romeo-fans moet gaan inlijven.

Dooddoener

Nu we de Junior voor het eerste in levende lijve kunnen aanschouwen mogen we zeggen dat de designkeuzes wellicht de juiste zijn. Het front is zeer herkenbaar Alfa Romeo, hoewel het ook wel een beetje aan de drukke kant is. En de zwarte kunststof Alfa Romeo grille (de zogenaamde Scudetto) had wat ons betreft gerust in chroom gemogen (maar smaken en kleuren…, nietwaar). De Junior geeft in ieder geval wel een krachtige en dynamische aanblik, die meteen een blijvende indruk achterlaat. Ook de 20-duims Veloce velgen zijn pareltjes die in grote mate bijdrage aan z’n présence. Love or hate it, de Junior is duidelijk geen dertien-in-een-dozijn.

De achterzijde van de Junior is net iets meer generisch getekend met, aldus de designer van het model, een hint naar het volledige Alfa-universum. Mja, een grotere dooddoener was wellicht niet te bedenken, maar dat neemt niet weg dat we hier te maken hebben met een knap getekende machine die karakter en charisma uitstraalt. Dus, punten gescoord wat ons betreft op het vlak van design.

Functioneel voor 4

Alfa heeft er overigens bewust voor gekozen om voor de lancering van de Junior meteen (en alleen) de topversie aan het verzamelde journaille voor te stellen. Geen 1.2 hybride te bespeuren dus om te bekijken of te testen, geen ‘basis’ EV van 156 pk, enkel de Veloce van 280 pk om op het legendarische 20 km lange Balocco testcircuit de sporen te geven. We hebben al met slechtere wapens gestreden…

Dat maakt dat we meteen getrakteerd werden op het meest sportieve interieur, met pareltjes van Sabelt sportstoelen die het lichaam perfect ondersteunen, zonder oncomfortabel te worden. De elektrisch verstelbare kuipen zien er bovendien ook nog goed uit, wat bijdraagt tot de algemene sportieve ambiance achter het met alcantara overtrokken sportstuur. Wie toch liever ‘gewoon’ meubilair prefereert, kan kosteloos opteren voor meer banale exemplaren, die dan meteen ook een massagefunctie krijgen én ook resulteren in meer plaats op de achterbank. Mét Sabelt stoelen moeten de achterste inzitten een beetje toegeven op beenruimte, maar het blijft zeker nog aanvaardbaar. De Junior is trouwens voldoende ruim voor vier volwassenen en hun bagage (met 400 liter aan bagageruimte, uitbreidbaar tot 1.265 liter). Volgens de briefing moest hij functioneel zijn, en dat is hij ook naar C-segment normen.

Hey Alfa Romeo

De ‘Cuore Sportivo’ vind je niet alleen terug in de sportstoelen, ook in de algemene ambiance van het interieur. Natuurlijk ontwaar je Stellantis invloeden die hinten naar Peugeot-neven en Opel-nichten, maar de tellerpartij met ronde kapjes en digitale Alfa graphics zorgen voor de juiste Alfa Romeo-sfeer. Idem dito voor het dikke sportstuur dat lekker in de hand ligt en prettig op het netvlies valt. Wel jammer dat de boordplank zo plastiekerig oogt, ver van de Italiaanse couture die je zou verwachten in een topmodel (eerlijkheidshalve geven we mee dat we nog met pré-productiemodellen hebben gereden, benieuwd of de seriemodellen het op dat vlak beter doen). Ook het touchscreen van het multimedia systeem van 10,25 inch mocht een tikje groter zijn wat ons betreft, maar reageert wel op “Hey Alfa Romeo” voice commands.

Niet te veel pasta

Tijd om het testcircuit van Balocco af the sjeezen, iets wat we nog nooit eerder met een elektrische Alfa Romeo hebben kunnen ervaren. Om het gemis aan ronkende motoren een beetje te compenseren, voorziet Alfa een kunstmatige brom uit de luidsprekers. Die krijg je standaard te horen in de Dynamic rijmodus, maar het geluid blijft al bij al vrij bescheiden op de achtergrond. Het mocht naar onze smaak zelfs iets prominenter zijn, zoals in de Hyundai Ioniq 5N bijvoorbeeld.

Wat wel meteen opvalt is de lichtvoetigheid van de Junior. Mede dankzij een relatief kleine batterij van slechts 54 kWh zijn de ingenieurs erin geslaagd om het leeggewicht van de Junior Veloce te beperken tot een verrassende 1.590 kg. Daarmee behoort hij tot de lichtste EV’s in het segment. Dat merk je ook op de baan, waar je nooit het gevoel krijgt dat de Junior zich heeft bezondigd aan een portie pasta teveel. Het standaard Torsen differentieel voel je bij hoge bochtsnelheden de neus naar binnen duwen, wat ‘m een behoorlijk vergevingsgezind karakter geeft. Het stuurgevoel is precies en vraagt slecht een kleine impuls, terwijl de achterkant soms speels, maar nooit onveilig, de buitenkanten van de piste opzoekt.

Iets meer bijtkracht graag

Enige minpunt dat we hebben kunnen vaststellen is de beperkte bijtkracht van de remmen. Alfa claimt nochtans een best in class remafstand van 100 km/u tot stilstand in 35 meter, maar dat optimisme hebben we niet kunnen vaststellen. Niet dat de remmen problematisch zijn op de ring van Antwerpen of de provinciale 70 km/u wegen, maar gezien de sportieve aspiraties hadden we iets meer gretigheid verwacht van de rode remklauwen.

De prestaties zelf van deze Veloce zijn op papier meer dan snel, maar qua gevoel hadden we niet de indruk dat de beloofde sprint in 5,9 seconden naar 100 km/u er echt in zit, ondanks de 280 pk die de elektromotor levert. Ook het koppel van 345 Nm voelt net iets minder aan, maar niet in die mate dat het rijplezier wordt gefnuikt. De topsnelheid bedraagt 200 km/u.

Conclusie

Het meest opmerkelijke aspect van de Junior is het perfecte evenwicht dat het onderstel biedt qua comfort en sportiviteit. De Junior voelt altijd comfortabel, licht en toch voldoende strak aan, met weinig rolbewegingen. Die aangename balans hebben we zelden vastgesteld. Dat is voor ons meteen de belangrijkste troef van de Junior die hierdoor multi-bruikbaar is voor sportief alledaags gebruik. Qua EV-prestaties lijkt de autonomie van 334 km beperkt, maar in een kwartiertje laad je wel van 20 tot 80% bij aan een 100 kW DC-lader. Met een 150 DC laadmogelijkheid zouden we pas helemaal overstag gaan.

Op de Veloce is het nog het langst wachten met de eerste leveringen die zijn voorzien begin 2025. Maar hij is wellicht het wachten waard, ook al is 47.700 euro niet bepaald een habbekrats voor deze topversie. Daarmee zit hij op het niveau van een Mini Cooper S, maar is hij wel een pak duurder dan een Alpine A290 (die weliswaar iets kleiner is). De ‘gewone’ Junior EV (beschikbaar vanaf september dit jaar) haal je in huis voor 38.700 euro, de hybride is de jouwe voor 29.200 euro. Alles in beschouwing genomen doet de Alfa Junior Veloce ons hart toch behoorlijk sneller slaan. En is wachten op de beloning niet leuker dan de beloning zelf?

Laatst gepubliceerd

Reacties (5)

Plaats een reactie
Jeroen 09:53
afbeelding van Jeroen

Het is en blijft (net als de tonale) een Peugeot met een make-over. Mijn Alfa hart bloed en als dit de toekomst is van het merk, dan is het misschien tijd dat Alfa Romeo naar de geschiedenis boeken verwezen wordt.

Edison 18:59
afbeelding van Edison

Is dat een probleem, dat ze technologie delen?
In de wereld van vandaag kan je quasi niet meer bestaan als kleine onafhankelijke constructeur.

Erik Klerckx 12:47
afbeelding van Erik Klerckx

Progressieven die aan de stekker willen? Het zijn vooral conservatieven die noodgedwongen voor hun zakelijke auto dan maar de stekker voor lief (moeten) nemen. Echte progressieven zouden nog het liefst met een Lada Niva uit 1972 rondsjokken. Een Defender uit 1961 mag ook. Uitzondering gemaakt voor de volgelingen in de sekte Musk, vanzelfsprekend.

William 16:24
afbeelding van William

Ik pleit schuldig.

Michel Everaerts 17:46
afbeelding van Michel Everaerts

Ziet er een leuke auto uit,doet me denken aan mijn jonge jaren met een Alfa Sud.Tijden veranderen, maar als stadswagen lijk me wel top en ook als uiterlijk. Mijn dochter heeft een Mito,qua afwerking is die top.Daarom denk ik dat deze Junior ook proper is afgewerkt.

Uw reactie

alle elektrische auto's in 2024, vlaamse premie

Recente reacties

Laatste rijtesten

Alle rijtesten

Laatste reportages

Alle reportages

Laatste nieuws

Alle nieuws