De Mercedes E-Klasse is een waar icoon, laat daar geen twijfel over bestaan. Zo loopt zijn stamboom onder verschillende namen stiekem helemaal door tot het jaar 1946, wat er meteen het langstlopende model in de geschiedenis van Mercedes-Benz van maakt. Daardoor is het bijna onmogelijk om te tellen hoeveel generaties de Duitsers al van hun E-segmenter gemaakt hebben maar één ding is zeker: slechte zaten er eigenlijk nooit tussen… En dat erfgoed nemen ze in Stuttgart duidelijk heel serieus.

E met extra poeha

Dit is namelijk de gloednieuwe Mercedes E-Klasse en ben je een beetje van slechte wil, dan zou je dit gerust een halve facelift durven noemen. Zo hielden de ontwerpers stevig vast aan de proporties van het uitgaande model en neem het ze maar eens kwalijk. Die kwam namelijk al gladder dan ooit voor de dag en de nieuwe generatie doet daar nog een schepje bovenop, waardoor de sedan bijna een vierdeurs coupé gaat lijken. Onze Estate neigt op zijn beurt richting de shooting brake, al is dat vooral een illusie die wordt gewekt door zijn afhellende raampartijen. Qua silhouet blijft dit namelijk een traditionele break, maar dan met wat kitscherige stervormen in de achterlichten en desgewenst een verlichte grille.

Die extra poeha gaat uiteraard gewoon verder binnenin, en nog geen klein beetje. De E-Klasse pronkt namelijk met het nieuwe ‘Superscreen’, het kleine broertje van het ‘Hyperscreen’ dat Mercedes in zijn EQ-modellen verbouwt zeg maar. Ook dat systeem bestaat in essentie uit drie losse schermen die vrijwel het hele dashboard vullen, al vinden wij het hier eigenlijk beter uitgewerkt dan bij het ‘Hyperscreen’. Zo zit er wat meer structuur in de lay-out doordat het bestuurdersdisplay een losstaand element is, maar het gebrek aan fysieke knoppen blijft ook hier even nijpend...

Snelladen met je hybride

Gelukkig vindt de traditionelere koper wel nog rust in het motorengamma want voor iets als een zuiver elektrische E, moet je bij de EQE zijn. In de plaats daarvan is de meest geëlektrificeerde E-Klasse deze E 300 e en met al die ‘e’-tjes wil Mercedes duidelijk maken dat dit een plug-inhybride is. Die combineert de 2.0-liter viercilinder benzinemotor van de E 200 met een elektromotor, die op zich 129 pk kan ophoesten. Dat is dus net voldoende om mee te kunnen met het verkeer zonder de verbrandingsmotor te moeten aanspreken en doe je dat toch, dan beschik je over een totaal van 312 pk en 550 Nm koppel.

De elektromotor haalt zijn stroom uit een accu en dat is er naar aloude Mercedes-gewoonte geen kleintje. Zo meet het batterijpakket een mooie 25,4 kWh wat een tiental jaar geleden voldoende was om een hele Renault Zoë mee aan te drijven. De E-Klasse moet er daarentegen 95 tot 113 kilometer range uit halen, althans op papier. Heb je nadien nog steeds geen zin om benzine te stoken, dan kan je de accu ook snelladen tot 55 kW. Daarmee is de stroomvoorraad weer aangevuld in een half uurtje; ideaal dus voor de taxichauffeur die tussendoor even een koffiepauze wil nemen.

Maak plaats, BMW

Stiekem streeft deze nieuwe E-Klasse zijn reputatie als typische taxi echter dubbel en dik voorbij. Tijdens onze test met de sedan kwam bijvoorbeeld al de vraag naar boven waarom iemand nog een S-Klasse zou overwegen maar onze Estate was voorzien van het AMG Line-pakketje, en dan gebeurt compleet het tegenovergestelde. Zo moesten we na een paar kilometer met deze E oprecht uitstappen om even op basis van de neus na te kijken of ze ons niet per abuis een C-Klasse hadden meegegeven… En dat bedoelen we allesbehalve in negatieve zin.

Dit apparaat stuurt namelijk zo strak, voorspelbaar en precies dat je terplekke vergeet met een 5 meter lange break op de baan te zijn. Dat dankt de E-Klasse niet alleen aan zijn stuurgevoel, dat op z’n Mercedesch de optimale balans vindt tussen responsiviteit en rust, maar ook aan zijn veelzijdige ophanging. Zo kleefde onze E 300 e als gelijmd tegen het wegdek bij sportiever rijgedrag terwijl hij in de comfortstand toch nog steeds de piekfijne demping weet te bieden die je van een ‘Benz verwacht. Kortom: maak plaats, BMW 5 Reeks, want de E-Klasse is plots de meer veelzijdige E-segmenter.

Kofferruimte min accu

Nu goed, deze plug-inhybride is natuurlijk vooral bedoeld om zoveel mogelijk in elektrische modus te rijden en dat konden wij over een gemeng traject doen gedurende een respectabele 76 kilometer. Daardoor verscheen na 100 kilometer een verbruik op onze teller van 2,8 l/100 km en rij je nadien door, dan springt de E 300 e nog steeds best zuinig met zijn brandstof om. Toch zouden we adviseren om zo vaak mogelijk te laden, en wel om twee redenen. Ten eerste beschik je zonder stroom in de accu over slechts de 204 pk van de benzinemotor, en daarmee is je 2,2 ton zware break niet de snelste. Daarnaast waren we echter ook enigszins teleurgesteld in de geluidsisolatie van de motorruimte, waardoor er op benzine wel een deel van dat typische E-comfort wegvalt.

Stiekem is er nog een derde reden waarom wij die accu zo vaak mogelijk vol stroom zouden willen, en dat is dat die accu anders maar lelijk in de weg zit. In tegenstelling tot de nieuwe BMW 5 Reeks Touring is Mercedes er namelijk niét in geslaagd om het koffervolume onaangeroerd te laten bij de montage van het batterijpakket, wel integendeel. Zo zit de koffervloer een paar centimeter hoger gemonteerd waardoor je in de plug-inhybride over slechts 460 liter bagageruimte beschikt. Versies zonder stekker bieden daarentegen 615 liter wat, het moet gezegd, wel 45 liter meer is dan je achterin zo'n BMW krijgt. Wat echter vervelender is, is dat er daardoor geen ook plek onder die koffervloer overblijft om je schmutzige laadkabel in op te bergen… En voor zover wij weten, heb je bij een plug-inhybride nog steeds een laadkabel nodig.

Veel auto voor je geld

Dat zijn echter maar kleine smetten op het algemene blazoen van deze E-Klasse, maar hoeveel moet je dan voor dit blazoen betalen? Wel, Mercedes vraagt minstens 61.710 euro voor de nieuwe E-Klasse en als break stijgt die basisprijs naar 64.251 euro. Dat is een fractie meer dan een nieuwe BMW 5 Reeks als Touring moet kosten en flink duurder dan een Audi A6 Avant, al krijg je – vooral in vergelijking met die laatste – wel veel auto voor dat geld bij Mercedes. Zo krijgt de basis-E 200 meteen zaken als verwarmde voorzetels, halflederen bekleding, een draadloze smartphonelader, adaptieve cruise control en een achteruitrijcamera mee.

Moet het echter een plug-inhybride zijn, dan is deze E 300 e tegenwoordig de goedkoopste manier om met je E-Klasse te stekkeren. Daarvoor betaal je namelijk 76.714 euro in breakvorm en daarnaast is er ook nog de E 300 de dieselhybride, die minstens 78.650 euro moet kosten. Bij de sedan is er ook nog een E 400 e op benzine die het tot 381 pk schopt voor 91.597 euro, maar voor de E-Klasse Estate is daarvan voorlopig geen sprake.

conclusie

De nieuwe Mercedes E-Klasse mag er dan uitzien als een bescheiden evolutie van zijn voorganger maar achter die façade schuilt een veelzijdigere auto dan ooit tevoren. Zo kan je hem kopen voor zijn comfort of voorzien van een AMG Line-aankleedje om menig concurrent een lesje in rijgedrag te leren. Daarnaast biedt de break als vanouds zeeën van ruimte, tenzij je hem als plug-inhybride bestelt… Want dat grote elektrische rijbereik vraagt natuurlijk om een grote batterij.