Rij-impressie: Ford Focus 1.0 Ecoboost

We focussen in deze test vooral op de motorisatie, omdat je onze bevindingen over de rijkwaliteiten uitgebreid kan nalezen in onze test met de 1.6 TDCi of de Clipper 1.6 Ecoboost 150 pk. We melden wel dat deze 1.0 Ecoboost ook recht heeft op de schakelindicator en de boordcomputer voorzien van eco-schermpje en een visuele beloning voor de chauffeur als die volgens het systeem ecologisch gereden heeft.

Uiterlijk verschilt een Focus Ecoboost niet van een andere Ford Focus. Enkel een kleine badge op de kofferklep laat zien dat je met een Ecologic Technology-versie te maken hebt, een driecilinder-aanduiding vind je nergens terug. Het grote verschil met een andere motor zit dan ook onder de motorkap. Ford wil met de één liter grote driecilinder op benzine een alternatief vormen voor de kleinere dieselmotoren. Daarvoor maakt het gebruik van een Turbo, een directe injectie en een variabele kleptiming. Die drie zaken zijn de pijlers waarop de filosofie van Ford steunt om een lager verbruik te bekomen. Tegelijk kan Ford het vermogen omhoog brengen naar dat van de 1.6 motorisatie die hij vervangt. De kleine turbo zorgt ervoor dat hij al van bij lage toeren redelijk wat vermogen heeft, de directe injectie zorgt voor de beschikbaarheid van het koppel van bij die lage toeren. De variabele kleptiming heeft ten slotte als effect dat de cilindervulling optimaal is bij elk toerental. De typische driecilinderproblemen heeft Ford er op haar eigen manier uitgehaald. Geen balansas hier om de motor te vrijwaren van trillingen, die vraagt immers vermogen dat de EcoBoost liever naar de voorwielen ziet gaan. Daarom vangt Ford de onbalans van de driecilinder op door het balanceren van vliegwiel, krukas en aandrijfpoulie.

Tot zover de theorie. In praktijk komt het er op neer dat Ford een in verhouding met zijn cilinderinhoud potente benzinemotor op de straat zet die de eigenschappen heeft van een diesel. Het koppel is beschikbaar tussen 1.400 en 4.500 rpm, al ervaarden wij de medewerking pas vanaf zowat 2.500 toeren. Bij het indrukken van de start-knop klinkt de motor erg zacht door in het interieur, niet wat we gewoon zijn van een driecilinder. Pas wanneer je hem de sporen geeft klinkt de motor enigszins rauw, hoewel het geratel dat we uit andere driecilinder motoren kennen achterwege blijft. Dat komt door de balancering van de motor waar we het eerder al over hadden maar heeft ook te maken met het feit dat de distributieriem in de motor werd ingebouwd en door een oliebad draait. Daarmee produceert hij minder wrijving en geluid en draait de motor ook serener. De distributieriem vraagt, mits regelmatig onderhoud, geen vervanging. De motor laat zich verder schakellui rijden. Zo ervaar je dat je al rond 2.5000 rpm met gemak kan opschakelen, net als bij een diesel. 60 km/u in vijfde versnelling blijkt dan ook geen probleem.

Het verbruik van een diesel met dezelfde cilinderinhoud verkregen we tijdens onze korte test echter niet helemaal, al hangt de mate van benadering uiteraard af van de gekozen rijstijl. Ford belooft een verbruik van 5,0 l/100 km voor de versie met 125 pk, de 100 pk versie doet -eveneens in theorie - nog 0,2l beter. Wij reden tijdens onze korte test een verbruik bij elkaar dat schommelde tussen de 5,6 en 7 liter. Wie echter van plan is om veel op snelwegen te vertoeven moet rekening houden met een hoger verbruik dan gemiddeld. Ook heeft de motor dan de neiging om wat moeilijker de aangenomen snelheid te behouden. De start/stop-technologie en de Active Grille Shutter zorgen er voor dat het gemiddelde verbruik binnen de perken blijft. Je moet overigens al goed opletten wil je als passagier het verschil horen tussen stationair draaien en de ingeschakelde start/stopfunctie aan een stoplicht.

Een Ford Focus Ecoboost kost minimaal 20.200 euro, dan heb je de 1.0 Ecoboost met 100 pk op de oprit staan. De 125 pk variant is 1.000 euro duurder. Voorgaande prijzen zijn van toepassing op de vijfdeurs, de Clipper kost telkens 900 euro meer. Ter vergelijking, een oude 1.6 met 105 pk gaat in vijfdeursversie voor 19.600 euro de deur uit, in 125 pk versie betaal je nog 22.250 euro. In eerste instantie zet Ford de 1.0 Ecoboost met 125 pk op de markt in de Focus, later komt daar ook een 100 pk variant bij. Tegen het einde van het jaar vind je de motor ook terug in de C-Max en de pas voorgestelde B-Max.

Dat Ford een kleine turbogevoede motor op de markt zet is een interessante zet. Net zoals bij Nissan zien we dat het vermogen niet lijdt onder de kleinere motor, al gebruikt Ford liever een turbo om dat te voorkomen. Ford heeft ook van de gelegenheid gebruik gemaakt om de nadelen van een driecilinder benzinemotor weg te werken zodat de gebruiker een erg zacht ratelende wagen ter beschikking heeft. Deze is dan ook de perfecte wagen voor mensen die geen sportieve aspiraties hebben maar eerder een benzinemotor willen met de positieve eigenschappen van een diesel.