De naam ‘Donkervoort’ rolt misschien niet dagelijks over je lippen, maar het merk bestaat toch al dik vier decennia. In 1978 sloot Joop Donkervoort zich namelijk op in de schuur achter zijn huis om er zijn eerste model in elkaar te schroeven. Die S7 bestond uit een combinatie van Ford-onderdelen en Joops creativiteit, en die creativiteit boog zich later ook over componenten uit de rekken van Audi. Toch bleven Donkervoorts auto’s telkens trouw aan hun puntige design, maar nu heeft zoon Denis het van Joop overgenomen. Wat verwacht je dan van het eerste nieuwe model onder zijn regie? Precies: meer van hetzelfde.

Extra pittige vijfpitter

Zo beschikt ook deze F22 — die zijn naam trouwens dankt aan de geboorte van Denis’ dochter Filippa op 22 mei 2022 — over de designkenmerken die we van de Nederlanders gewend zijn. Reken dus op een ellenlange motorkap, een compacte cabine erachter en een setje vlinderdeuren om daarin plaats te kunnen nemen. Het nieuwe management goot wel een modern sausje over het geheel met een nog scherper lijnenspel, nog meer luchthappers, LED-verlichting en een plattere grille tot gevolg.

Volledig gesloten is de grille echter niet, want van elektrificatie is hier nog geen sprake. Zo schuilt er nog steeds een 2.5-liter vijfcilinder van Audi onder de koolstofvezelkap, verwant aan het exemplaar dat je anders voorin je RS 3 zou verwachten. Donkervoort wist echter wel wat extra kracht uit de vijfpitter te puren, waardoor die in de F22 500 pk en 640 Nm koppel richting de achterwielen stuurt. De Audi zelf doet het, ter referentie, met hoogstens 407 pk en het vermogen van de Donkervoort D8 GTO die aan deze F22 voorging schommelt tussen de 340 en 400 pk.

Exclusief iPad en servostuur

Die 500 paarden passeren langs een ouderwets lichte vijfbak, die dankzij rev-matching-technologie wel een acceleratie naar de 100 km/u toelaat in slechts 2,5 seconden. Dat zijn dus heuse supercarprestaties, al valt de topsnelheid van ‘amper’ 290 km/u misschien niet meteen in die categorie. De nadruk ligt als vanouds namelijk minder op snelheid in een rechte lijn en meer op adembenemend rijgedrag, en ook dat kan Donkervoort staven met de nodige cijfers. Zo weegt de F22 slechts 750 kilogam, goed voor een betere vermogen-gewichtsverhouding dan een Bugatti Veyron destijds liet optekenen. Bovendien is de nieuwkomer dubbel zo stijf als de D8 GTO dankzij een frame uit dunwandige stalen buizen en koolstofvezel beplating. Dat alles zorgt ervoor dat je F22 maar liefst 2,15 G haalt in een goed genomen bocht.

Het mag dus duidelijk zijn dat de F22 zijn voorgangers achter zich laat op vlak van prestaties, maar ook qua gebruiksgemak heeft Donkervoort stappen gezet. Dat leren we althans uit — jawel — een aantal cijfers, al gaat het wel om babystapjes. De Nederlanders spreken bijvoorbeeld over 8 centimeter meer schouderruimte voor de inzittenden, net als 10 centimeter meer beenruimte. Daarnaast is de koffer meer dan 50 liter gegroeid, waardoor de Donkervoort zich met een volume van 298 liter een Toyota Yaris-concurrent mag noemen. Zelfs het dak past erin, want de F22 krijgt standaard een afneembare Targa-top. Een infotainmentsysteem blijft echter wel optioneel, net als — stel je voor — stuurbekrachtiging. Rembekrachtiging en stabiliteitscontrole kan je zelfs al helemaal niet krijgen op je Donkervoort, dus rijden blijft werken.

Donkervoort ging in eerste instantie 50 exemplaren van zijn F22 bouwen, maar inderdaad: die waren al uitverkocht voor de lancering. Daarom beloven de Nederlanders nu nog een extra oplage van 25 stuks voor de snelle beslissers. Die moeten dan wel minstens 245.000 euro voor de bolide overhebben, of wat meer indien ze er de iPad en het servostuur bij wensen.