McLaren heeft een nieuw model klaar, maar dat is niet zomaar een model. De nieuwkomer wil namelijk in de voetsporen treden van McLarens meest iconische auto’s ooit: de F1 en de P1. Maak dus kennis met de derde ‘1’-auto ooit van het merk: de McLaren W1.
Je hebt het vast ook al gemerkt: van namen hebben ze niet altijd kaas gegeten bij McLaren. De MP4-12C is daarvan misschien wel het meest extreme voorbeeld maar ook namen als 650S en 765LT spreken nu niet meteen tot de verbeelding. Zetten de Britten echter een ‘1’ in de naam, dan weet je hoelaat het is. Zo was de McLaren F1 30 jaar geleden de snelste straatlegale auto ter wereld en daar ging de P1 nog over met zijn 916 plug-in-pk’s. Die laatste is inmiddels echter al tien jaar uit productie; tijd dus voor zo’n nieuwe maatstaf.
Met de ‘W’ van ‘Wereldkampioen’
Die krijgen we in de vorm van McLarens derde ‘1’-auto ooit: de W1. Daarbij moet de ‘W’ in de naam verwijzen naar de “World Championship-mindset” van het merk, die tegenwoordig nieuw leven ingeblazen wordt door McLarens succes in de Formule 1. De Britten onthullen de W1 dan ook niet voor niks in het knaloranje want dat is de kleur die hun F1-bolides ook dragen. Verder is de W1 echter een hypercar op z’n McLarens dus verwacht je niet aan krullerige LED-stroken of verchroomde tierlantijntjes. In de plaats daarvan kijken we naar een best bescheiden design… Maar dan met een set vleugeldeuren erin verwerkt.
Denk daarom echter niet dat McLaren geen moeite gedaan heeft want niets is minder waar. Zo bestaat de W1 eigenlijk uit een koolstofvezel monocoque waar wat carrosseriedelen tegen gekleefd worden en die carrosseriedelen laten het liefste nog zoveel mogelijk lucht door. Verder maakt de W1 ook gebruik van het ‘ground effect’ waarbij de zuigkracht van de lucht onder de auto gebruikt wordt voor extra neerwaartse druk, net als in de Formule 1 dus. Daarom zet de auto zich in zijn racemodus vooraan 37 millimeter en achteraan 17 millimeter dichter tegen het asfalt terwijl zijn actieve achtervleugel zich vlak achter de carrosserie plaatst, en die zo in essentie met 30 centimeter verlengt.
Volle kracht vooruit, elektrisch achteruit
Je kijkt hier dus naar de McLaren-straatauto met de meest radicaal doordachte aerodynamica ooit, maar dat is natuurlijk niet genoeg om een icoon te worden. Je raadt het al: de W1 is ook de krachtigste McLaren ooit. Zo vind je achter zijn twee zitplaatsen een gloednieuwe 4.0-liter V8 en met zijn 928 pk is die op zich al sterk genoeg om een P1 te doen vergeten. Daar blijft het echter nog niet bij want die V8 krijgt bijval van een elektromotor in de achtversnellingsbak en die is goed voor 347 pk. Die laatste haalt zijn stroom uit een accu van amper 1,4 kWh dus voor zijn elektrische rijbereik hoef je het niet te doen: dat is amper 2 kilometer. In tegenstelling tot de P1 is deze W1 dan ook géén plug-inhybride.
In de plaats daarvan heeft die elektromotor maar één doel… Oké: twee doelen want de W1 kan ook enkel elektrisch achteruitrijden aangezien hij geen mechanische achteruitversnelling heeft. Bovenal zit die elektromotor daar echter om het vermogen op te krikken en zo piekt deze McLaren op maar liefst 1.275 pk en 1.340 Nm koppel. Dat is genoeg om in 2,7 tellen naar de 100 km/u te sprinten maar nog indrukwekkender zijn de 0-naar-200-tijd van 5,8 seconden én de 0-naar-300-tijd van 12,7 seconden. Daarmee tikt de W1 de 300 km/u een volle seconde sneller aan dan een heuse McLaren Speedtail en nadien gaat hij door tot een elektronisch begrensde top van 350 km/u.
(G)één van 399 exemplaren
De hele hybride aandrijflijn weegt dan ook zo’n 40 kilogram minder dan die van de P1 destijds, en zo weet de W1 zijn totaalgewicht te beperken tot 1.399 kilo. Ook een aantal andere ingrepen helpen daarbij want we hadden het al over die koolstofvezel monocoque, maar daarin zitten ook de stoelen ineens verwerkt. Die zijn dus niet verstelbaar en als bestuurder moet je zo de pedalen en het stuur je richting uit trekken om de juiste zitpositie te vinden. Dat stuur beschikt trouwens niet over elektronische bekrachtiging maar doet zijn werk ouderwets hydraulisch en over hydrauliek gesproken: de W1 krijgt adaptieve ophanging mee die rolneiging tegengaat door vloeistof in één circuit tussen de dempers te balanceren. Daardoor heeft hij geen traditionele stabilisatorstang nodig, al monteerden de Britten er toch maar eentje uit magnesium voor het geval dat.
Je merkt het dus al: McLaren bespaarde kosten noch moeite om deze W1 te ontwikkelen dus het eindresultaat moet ook effectief wat… kosten. Zo moet je ongeveer 2 miljoen euro over hebben om er eentje te kopen maar als dat nieuws is voor jou, dan kan je het eigenlijk al vergeten. McLaren bouwt de W1 namelijk in een oplage van 399 stuks en die hebben één voor één al een eigenaar gevonden.
Reactie toevoegen
Je moet ingelogd zijn om reactie te plaatsen.
Inloggen