Eerste test: Skoda Fabia (2021)

“De laatsten zullen de eersten zijn”, zo klinkt het aforisme. Pas je dat toe op de Volkswagen-groep, dan moet de nieuwe Skoda Fabia binnenkort het voortouw nemen. Hij is immers de laatste binnen de groep die overstapt op het moduleerbare MQB A0-platform. Zoals elke zichzelf respecterende Tsjech kiest hij niet voor revolutie maar voor evolutie, door zowat al zijn eigenschappen te verbeteren.

Groeispurt

Die verbetering zie je in de eerste plaats aan de groeispurt die hij heeft gekregen. Klaar en duidelijk: de Fabia is in alle richtingen toegenomen. 111 millimeter in de lengte, 48 millimeter in de breedte en 94 millimeter in zijn wielbasis. Zelfs de koffer is 50 liter groter geworden en bevat nu 380 liter aan volume. Dat is zoveel als de huidige Volkswagen Golf...

Over het design kunnen we eerlijk zijn: de designers hebben de memo ‘evolutie’ tot op de letter gevolgd. Zo krijg je een nieuw radiatorrooster vooraan, geflankeerd door nieuwe ledkoplampen met geïntegreerde lichtsignatuur en een veel meer gesculpteerde motorkap dan voordien. Op de flanken loopt de gordellijn iets zachter op, maar verder zijn de verschillen daar moeilijker aan te wijzen. Achteraan is het makkelijker: de achterlichten veranderen van vorm en kiezen voortaan voor een horizontale lichtsignatuur.

Doe alsof je thuis bent

Het interieur oogt vertrouwd. Je zou zelfs denken dat je in een andere Skoda uit het B-segment bent beland, zoals de Kamiq of Scala, want de bedieningsorganen en het design zijn gelijkaardig. Bij wijze van jeugdig enthousiasme schrijft de Fabia zijn naam op de flanken van het dashboard. Jawel, veel gekker moet het niet worden.

Op het horizontaal gestileerde dashboard prijkt het scherm van het infotainmentsysteem, dat afhankelijk van de uitvoering 6,5 tot 8,2 duim groot is. De topuitvoering krijgt een digitaal instrumentenpaneel van 10,25 duim. De afwerking met harde plastics overheerst, en dat is begrijpelijk op dit prijsniveau, maar het zachtere materiaal op het dashboard valt wel in de smaak. Veel beter dan dat dekselse glanzend zwart plastic dat je tegenwoordig overal tegenkomt.

Nog zo’n element dat vandaag vaak vergeten wordt, is de ergonomie. De Fabia wil niet alles via schermen doen zoals de nieuwe Octavia, maar je hebt wel een menu en een submenu nodig om de luchtstroom te regelen. Op die misstap na valt het moderne interieur weinig te verwijten, temeer omdat de kleine Simply Clever-handigheidjes op deze nieuwe Fabia ook op de afspraak zijn. Om er maar een paar te noemen: een uitneembare bekerhouder, smartphonehouder op de rugleuning van de voorzetels en de onvermijdelijke paraplu in het portier.

Drie of vier

Op motorvlak blijft de nieuwe Fabia trouw aan zijn nieuwe moduleerbare platform: hij neemt de bekende benzineblokken over en laat de diesel volledig achterwege. Zo duikt dus de kleine 1.0-driecilinder op die zonder turbo 65 pk sterk is, en met turbo 80, 95 of 110 pk produceert. Voor de krachtigste versie heeft Skoda eindelijk een zesde versnelling gevonden. Een zeldzaamheid bij de Volkswagen-groep, die zijn kleine modellen altijd lijkt te voorzien van versnellingsbakken met vijf verzetten.

De Fabia is weliswaar niet voorzien van milde hybride ondersteuning, in tegenstelling tot de meeste van zijn concurrenten. Het tweede benzineblok is de 1.5-viercilinder turbo, die 150 pk produceert. Die komt standaard met de DSG-versnellingsbak met dubbele koppeling.

Geruisloos

Op de weg zal de nieuwe Skoda Fabia geen prestatie- of luxerecords breken. Maar dat is ook niet wat je ervan verwacht. Hij staat wel nog steeds stevig in zijn schoenen, en is dus een eerlijke stadsauto die een comfortabel chassis combineert met een precies stuur en een gezond weggedrag.

De driecilinder kan bovendien bijna concurreren met de nieuwe elektrische generatie, zo geruisloos is hij. Ook al is hij onderin de toeren wat hol, vanaf 2.000 tpm (110 pk) reageert hij wel soepel en krachtig. Voor het verbruik heeft Skoda nog geen officiële cijfers vrijgegeven, maar de dorst van de kleine driepitter zou beperkt moeten blijven tot 5,0 l/100 km. Net als de WLTP-cijfers blijven de prijzen momenteel ook nog geheim. Maar baseer je je op zijn Spaanse broer, de Seat Ibiza, dan mag je rekenen op een vanafprijs van zo’n 16.000 euro.

Conclusie

De kleinste Skoda sinds het verdwijnen van de Citigo slaat nog maar eens een homerun bij de B-segmenters. Hij is groter, comfortabeler en zuiniger, en zal ongetwijfeld zijn concurrenten het vuur aan de schenen leggen. Ook die van Wolfsburg en Martorell...