De Dacia Sandero was destijds precies de juiste auto op het juiste moment. Bij zijn lancering in 2008 beloofde de hatchback namelijk Europa’s goedkoopste nieuwe auto te worden, en dat middenin een economische crisis. Anderhalf decennium later heeft de Sandero alleen maar aan populariteit gewonnen en stootte hij de Volkswagen Golf zelfs al eens van de troon als bestverkochte model van Europa. Maar is de allemansvriend na al die tijd nog steeds even betaalbaar? Wij zochten het uit: dit moet je over hebben voor een goed uitgeruste Dacia Sandero.

Symbolische 10.000 euro

Een kijkje in de Dacia-configurator alleen al is een ontnuchterende ervaring. Je kan er namelijk kiezen uit een voltallig gamma van slechts vijf modellen — en dan hebben ze de Sandero Stepway nog als een afzonderlijk model meegeteld. Wij opteren echter voor de Sandero zonder ruige opsmuk, en krijgen dan drie uitrustingsniveaus voorgeschoteld. De topversie gaat daarbij immer bescheiden als ‘Comfort’ door het leven, net daaronder staat de ‘Essential’ en onderaan de ladder vinden we de Sandero ‘Access’.

Om maar met die goedkoopste te beginnen, kan je de Sandero in ‘Access’-tenue al bestellen vanaf 9.990 euro. Daarmee duikt de meest budgetvriendelijkste Dacia dus nog net onder de 10.000 euro, wat ons een symbolische stap lijkt. We zeggen trouwens ‘vanaf’, maar eigenlijk heb je op dat niveau niet veel te kiezen. Zo biedt de Sandero ‘Access’ eigenlijk gewoon vier stalen wielen, een stoffen interieurtje en een witte laklaag die enkel gecontrasteerd wordt door ongelakte, plastic bumpertjes. Op motorisch vlak moet je het stellen met een 1.0-liter driecilindertje op benzine, goed voor 65 pk. Een airco of zelfs een radio zijn er voor die prijs niet, al zijn de Roemenen wel zo vriendelijk om een snelheidsbegrenzer, automatische koplampen en elektrische raambediening vooraan te monteren. Zij die zich verder afvragen waarom de Sandero zo’n povere Euro NCAP-score liet optekenen: op een noodrem na biedt de basisversie verder geen andere actieve veiligheidssystemen.

Van groendienst naar gezin

Aan zo’n kaal rijwiel heeft dus alleen de lokale groendienst van je gemeente boodschap, maar optiefans als wij zoeken het iets hogerop. Daarin merken we dat de ‘Access’-basisversie geen verdere mogelijkheden biedt: die is te nemen of te laten zoals hij is en kan je niet aanvullen met opties of zelfs kleurtjes. Om de Sandero naar je eigen hand te zetten, moet je kiezen voor minstens de ‘Essential’ vanaf 10.890 euro. Die krijgt trouwens standaard bumpers in koetswerkkleur en cruise control mee. Wij merkten echter dat we ook daarmee niet in de buurt van onze ideaal aangeklede auto konden komen, dus we kwamen al snel uit bij het ‘Comfort’-uitrustingsniveau. Die topversie staat in de configurator vanaf een nog steeds schappelijke 12.590 euro biedt voor dat geld meteen lichtmetalen velgen, airco, smartphoneconnectiviteit met Apple CarPlay en Android auto, een licht- en regensensor, parkeersensoren achteraan en gewone cruise control.

Upgraden naar adaptieve cruise control kan bij de Sandero niet, en ook een rijstrookassistent of automatisch dimmende achteruitkijkspiegel vinden we niet in de configurator terug om er écht onze ideale auto van te maken. Al de rest weten we echter al snel toe te voegen, en de pakketprijzen vielen daarin ook best mee. Zo voegden we voor 420 euro parkeersensoren vooraan toe en kregen we er een achteruitrijcamera en een dodehoeksensor bij, kostte automatische klimaatregeling ons nog eens 320 euro en betaalden we tot slot 420 euro voor een navigatiesysteem. Daarnaast selecteerden we ook de iets sterkere motor tegen een meerprijs van 1.300 euro — eveneens een 1.0-literblokje maar wel met 90 pk — en de goedkoopste metaalkleur: ‘fusierood’ voor 430 euro.

De totaalprijs voor onze bijna-ideale Dacia Sandero: 15.480 euro.

Vinden jullie deze prijs terecht? Of schuimen jullie voor dat geld liever de tweedehandsmarkt af?