Een tweetal jaar geleden kwam Mazda met een interessante doelstelling naar buiten: het had zijn zinnen gezet op een premiumimago. Daarmee doelde het niet zozeer op dezelfde positie als pakweg BMW of Mercedes, maar wilde het vooral een alternatief gaan vormen voor pakweg Lexus — maar dan liefst een beetje grootschaliger.

Er was een tijd waarin heel wat fabrikanten hun kaarten inzetten op hybrides met een dieselmotor.

Als het op busjes aankomt, is Ford zo’n beetje de pionier van de plug-inhybride. Zo was de vorige Transit Custom de eerste bestelwagen die zijn verbrandingsmotor combineerde met een elektromotor en die trend wordt ook verdergezet met de nieuwe generatie. Daar blijft het echter niet bij want ook de Transit Connect ging zopas aan de stekker.

Tegenwoordig schaalt Volkswagen zijn nichemodelletjes naarstig terug, maar dat was ooit anders. Rond de millenniumwisseling voegde de VW-groep namelijk niet alleen grote namen als Lamborghini, Bentley en Bugatti aan zijn portfolio toe, maar ging ook Volkswagen zelf wat meer risico’s nemen.

Elektromotoren zijn voor veel goed, vraag het maar aan Mercedes. Zij bieden niet alleen een eindeloos gamma aan plug-inhybrides aan met vaak marktleidend grote elektrische actieradii, maar voegen af en toe ook eens een elektromotor toe om gewoon meer pk’s op te wekken.

Bij de lancering van zijn nieuwe C-Klasse maakte Mercedes een schokkende belofte: geen enkele versie zou meer dan vier cilinders krijgen, ongeacht hoeveel A’s, M’men of G’s er in zijn naam stonden. Zo geschiedde ook, want instap-AMG C 43 doet het met een 2.0-liter viercilinder en krachtpatser C 63 vult diezelfde motor aan met elektrokracht.

Wanneer Porsche zijn nieuwe Panamera onthulde, moesten we toch even twee keer kijken. Je had namelijk gerust kunnen denken dat het om een flinke facelift ging maar vergis je niet: op technisch vlak werd alles grondig herzien. Kijk bijvoorbeeld maar eens naar de plug-inhybrides: daarvan krijgen we er niet langer drie maar wel vier.

Er was een tijd waarin Citroën schijnbaar meer bezig was met lol trappen in zijn designs dan met het observeren van de concurrentie, en neem het ze eigenlijk maar eens kwalijk. Terwijl de ene na de andere constructeur namelijk overstapte op agressief ogende ontwerpen, schopte de sympathieke Citroën C3 het een paar jaar lang met Airbumps en al tot bovenaan de toplijst van bestverkochte auto’s in ons Belgenlandje.

Brabus houdt zich al sinds jaar en dag bezig met het oppeppen van menig Mercedes, en tegenwoordig zelfs heel wat ander doorgaans Duits spul. Hun paradepaardjes krijgen daarbij de ‘Rocket’-naam opgespeld, die gewoonlijk gevolgd wordt door een getal dat het vermogen min of meer benadert.

Een maandje geleden ging bij Ford het doek van de vernieuwde Kuga en van vooraf gezien, had je gerust kunnen denken dat het om een gloednieuw modelletje ging. Zo ging het complete front op de schop en werd het ingeruild voor een neus die wat meer doet denken aan de Amerikaanse auto's van het merk. Daarnaast kreeg met name de plug-inhybride een duwtje in de rug, want die ging van 225 pk naar 243 pk aan vermogen… Maar wat moet je daar voor over hebben?