Een paar jaar geleden stond de autowereld even op z’n kop, want toen onthulde Koenigsegg de Gemera. Dat was een heuse hypercar met 1.700 pk maar die haalde hij niet uit de gewoonlijke V8, -10 of -12. In de plaats daarvan kreeg de Gemera drie elektromotoren mee, naast — en nu komt het — ’s werelds krachtigste driecilindermotor.

De zon schijnt soms eens, dus dat kan maar één ding betekenen: ’t is zomer. Tijd dus om je auto weer helemaal proper te maken voor de volgende regenbui komt, maar misschien is je wasshampoo wel net op. Dan hebben we een beter idee voor jou dan dat gewoonlijke prul uit de Action aan te vullen, want nu zijn er schoonmaakproducten die pronken met een wel heel klinkende naam.

Koenigsegg pakt eigenlijk maar zelden uit met recordpogingen. Zo weten we wel welke auto het snelste van 0 naar 100 km/u sprint, van 100 km/u naar stilstand remt en zelfs de hoogste topsnelheid in z’n achteruit heeft maar het antwoordt luidt in geen geval ‘een Koenigsegg’ (wel ‘een Rimac’). De reden is simpel: de Zweden houden zich er gewoon niet zo vaak mee bezig… Tenzij ze natuurlijk compleet per toeval een recordje breken.

Koenigsegg maakt auto’s voor stinkend rijke liefhebbers, maar bij de introductie van de Gemera verslikten die zich misschien toch even in hun schuimwijn. Dat nieuwe model mocht dan namelijk wel 1.700 pk gaan ophoesten, maar moesten al die welgestelden echt zitten luisteren naar een driecilindermotortje?

Het idee achter de Koenigsegg Raw – of liever: RAW by Koenigsegg – is dat dit een soort instapmodel moet worden van het gamma van de Zweedse constructeur. Toch doet de Raw een beroep op alle ingrediënten die Koenigsegg kenmerkt: een passagierscel uit koolstofvezel, een pk/gewichtsverhouding van 1 op 1, en een centrale zitpositie voor de chauffeur.

Het is de wagen die ons in 2014 deed kwijlen op het autosalon van Genève en de One:1 die testrijder Robert Serwanski piloteerde om officieel records te verpulveren. Dat model, het ontwikkelingsmodel, zal Koenigsegg nu alsnog van de hand doen. Hoe de Britse exclusieve dealer SuperVettura dat model in handen heeft gekregen, dat is niet helemaal duidelijk. Wel duidelijk is de vraagprijs, zo'n 5,5 miljoen euro.

Op dit moment rollen er 10 tot 15 wagens per jaar uit de fabriek van Koenigsegg. Best knap voor een merk dat ongeveer alles zelf ontwikkelt en bouwt. Echter breidt het merk haar portfolio steeds uit - met bijvoorbeeld de One:1 en Regera - waardoor het zich genoodzaakt voelt om een tweede productielijn op te starten. Dat kan ook niet anders, want meer wagens bouwen op de huidige lijn is technisch onmogelijk.

In de aanloop naar het salon van Genève dat volgende week van start gaat heeft Koenigsegg een tweede teaser vrijgegeven van hun nieuwste Agera RS.

Deze keer gaat het om een schets die wat meer duidelijkheid moet brengen over hoe de vleugel achteraan gestyled werd, en op het eerste zicht gaat het design wat afwijken van de Agera R-vleugel, en zijn er wat aerodynamische verbeteringen gebeurd.

Koenigsegg gaat de Agera RS loslaten tijdens het salon van Geneve. Er worden maar weinig details vrijgegeven, maar het zou kunnen gaan over een absolute top-uitvoering van de Agera R. Dit zou ineens de mysterieuze Agera R "development car" kunnen verklaren die vorige jaar op de Nordschleife nog in de vangrail ging.

We verwachten dus meer vermogen dan de "gewone" Agera R en dat wil zeggen dat er vermogens verwacht worden die de 1.100 pk en 1.200 nm koppel van die laatstgenoemde gaan overstijgen.

Je denkt er nooit echt bij na, maar met zo'n gelimiteerde producties is het altijd maar de vraag hoeveel modellen er het stuur aan welke kant krijgen. In het geval van de Zweedse hypercar zal er maar ééntje het stuur rechts hebben. Dat maakt de al zeer dure en zeldzame wagen op lange termijn alleen nog maar duurder natuurlijk. Op het kleurendepartement werd gekozen voor een een blauwe kleur gecombineerd met naakt carbon (met een laklaag er bovenop) en een subtiel wit streepje. Het staat alvast lekker dik op het monster met 1.000 kW, ofte 1.341 pk.