De Jaguar E-Type wordt vaak gezien als één van de mooiste auto’s ooit getekend, en dat weten ze ook bij Jaguar. Zo kopen de Britten met regelmaat van de klok oude E-Types op, om ze vervolgens zelf te restaureren. Af en toe geven ze er dan eens een creatieve draai aan, en zo kwamen ze zelfs al met E-Types op de proppen die op omkeerbare wijze voorzien waren van een elektrische aandrijflijn. Hun nieuwste project gooit het echter over een andere boeg, en kijkt terug naar de beginjaren van de E-Type.

De Porsche Cayenne siert dit jaar de lijst van modellen die een verjaardag te vieren hebben. 20 jaar geleden besloten de Stuttgarters namelijk dat hun tijd gekomen was om een SUV te produceren, en kwamen ze bewust of onbewust met de eerste van een lange lijn aan performance-SUV’s op de proppen.

Er wordt flink wat gediscussieerd over wat de beste hothatch ooit zou zijn; kijk er het internet maar eens op na. Eén ding is echter zeker: in ieder lijstje dat je tegenkomt, staat de Peugeot 205 GTI. Bij zijn lancering in 1984 was hij misschien niet de eerste hothatch, maar hij legde de lat wel zo hoog dat ze er ook bij Peugeot zelf nooit meer over geraakt zijn. De 205 GTI was met andere woorden onverbeterlijk, tenzij je naam Christopher Tolman is en je een bedrijfje hebt dat racewagens bouwt.

Tot voor kort hield Singer zich grof gesteld bezig met één ding: Porsche 911’s van de 964-generatie ombouwen tot hevig gepersonaliseerde en geoptimaliseerde lookalikes van de eerste generatie. Vanzelfsprekend kon je een Singer dus enkel als Coupé of als Targa bestellen, want van de eerste 911’jes bestond geen echte cabriolet.

Dat een restomod niet altijd een Porsche uit de jaren ’70 als startpunt hoeft te nemen, wisten we wel al. Kijk maar naar de Prodrive P25, die een Subaru uit de 90’s aanpakte, of Hyundai’s minimalistische eerbetoon aan de Grandeur van weleer.

Er zijn zo van die auto’s waar de wereld bij hun lancering gewoon nog niet klaar voor was. Kijk bijvoorbeeld maar eens naar de Toyota iQ en maak ons wijs dat die er anno 2022 niet veel beter uitziet dan veertien jaar geleden, of vraag je gerust af hoe gelukkig ze bij BMW niet moeten zijn omdat ze de i3 lang genoeg in productie gehouden hebben om het design te leren appreciëren.

Als je dol bent op oldtimers maar hun typische karakter — lees: roest, stank en reparatiekosten — je gestolen kan worden, dan kan je tegenwoordig al een aantal zo goed als nieuwe exemplaren op de kop tikken.

Je moet tegenwoordig al wat meer doen om op te vallen in het restomod-milieu. Zo is er een Opel Manta GSE, die op basis van een oude Manta werd gebouwd en een elektromotor meekreeg. Anderzijds is er een Ford Escort in rally-outfit die we toch liefst in een etalage zien staan. En dan heb je de Porsches die herwerkt worden. Tegenwoordig doen ze het allemaal met elektromotoren, want dan mag de eigenaar nog zonder problemen de Lage Emissiezone (LEZ) binnenrijden.

Het Britse Jensen International ken je misschien van hun doorgedreven restauratiewerk van de Jensen Interceptor. Maar het bedrijfje heeft zijn activiteiten nu ook uitgebreid naar de klassieke Land Rover Range Rover. Het resultaat is de Range Rover Chieftain. Een klassieke Range Rover met de prestaties, het comfort en de gadgets van een SUV uit de 21e eeuw, maar dan verpakt in de oer-Britse stijl van het oogstrelende origineel.