Original ID
853

Wat als: De V8 nooit zou verdwijnen?

De V8 motor, voor sommigen het ultieme stuk engineering in het vooronder, voor anderen de aandrijving van de Amerikaanse rednecks en hun muscle cars. De brommende en krijsende achtcilinder heeft het hart gestolen van vele autoliefhebbers. Daarom een ode aan deze V-motor die diep in de autocultuur zit gebakken.

Ontstaan als een motor voor - hoe kan het ook anders - boten & vliegtuigen werd het potentieel ervan al snel gezien door autoconstructeurs. Frankrijk was de koploper op V8 gebied mede door Renault die in 1904 al V8 motoren bouwde voor vliegtuigen (andere tijden). In 1905 bouwde de - nu ter ziele gegane - Franse constructeur Darracq een speciale wagen om het wereldrecord snelheid te breken. De wagen had een V8 met een belachelijk grote inhoud. Op 30 december 1905 werd het wereldrecord gebroken met 176,46 km/u met de 25.416 cc grote V8.

Wat als: Schuifdeuren de norm waren?

Na maandelijks een column neer te pennen omtrent zijn ergernissen in de automotive wereld, gooit redactielid Yves Wouters het dit jaar over een andere boeg. Het irrationeel gedachtegoed maakt plaats voor een "why not" mentaliteit. Elke maand poneert hij een vraag die hem slapeloze nachten bezorgt en probeert hij er, op zijn eigen manier, een antwoord op te vinden. Deze maand vraagt hij zich af waarom constructeurs iets hebben tegen schuifdeuren.

Deuren, ze zijn de dunne grens tussen de expressieve buitenkant en de luxueuze binnenzijde van een wagen. Hoewel het voor negentig procent van de voertuigen een object is, een deel van de constructie zowaar, verwerft die andere tien procent een cultstatus dankzij deze entrez-vous objecten.

Wat als: Volkswagen een Golf CC maakt?

Na maandelijks een column neer te pennen omtrent zijn ergernissen in de automotive wereld, gooit kersvers redactielid Yves Wouters het dit jaar over een andere boeg. Het irrationeel gedachtegoed maakt plaats voor een "why not" mentaliteit. Elke maand poneert hij een vraag die hem slapeloze nachten bezorgt en probeert hij er, op zijn eigen manier, een antwoord op te vinden. De spits afbijten doet hij met te vertellen waarom Volkswagen een Golf CC moet bouwen.

Cc heeft een breed spectrum van betekenissen in de autowereld. Bij de meeste merken staat het vooral voor de cilinderinhoud van hun motor of voor cruise control. Sommigen nemen echter een loopje met deze twee letters. Zo staat CC bij Peugeot steevast voor Coupé/Cabriolet en bij Volkswagen voor Comfort Coupé. Wat zou het geven moest VW de CC benaming plakken op hun backbone van het gamma, de Golf?

Column: De autoindustrie is naar de knoppen

Het valt niet te ontkennen dat productiewagens van de laatste vijf jaar worden geplaagd door een overvloed aan knoppen. Onder het mom “allemaal voor de vooruitgang” is het dan ook perfect leefbaar. Maar wanneer die knoppen meer dan enkel een aan/uit stand hebben, dan krijg ik het toch op mijn zenuwen...

Terwijl je vroeger nog zelf je buitenspiegel moest opgeilen om hem warm te krijgen, op tijd moest schakelen om groener te rijden en zelf de controle over je ruitenwisser had, vinden we deze oerhandelingen tegenwoordig terug onder elektronische druktoetsen. Tot zo ver ben ik te vinden voor deze hulpjes, want ik haat het om zelf te beslissen wanneer ik moet schakelen (denk ik).

Column YW: Du pain, du vin et d’ hot hatch

Frankrijk, het land van wijn, stinkende salami’s en lokale bakkers zonder openingsuren. Een land dat tevens in mijn top drie van Europese landen staat waar de inwoners meestal grotere malloten zijn dan hun huisdieren. Arrogante bevolking, veel te groot, slechte smaak in muziek en buiten de enkele grootsteden een boerengat. Nochtans hebben al deze factoren Frankrijk nooit tegen gehouden om de beste wagens te maken op deze aardkloot.

Begin september bevond ik me weer in het land van “Als het vandaag niet gebeurt... Morgen wel”. De verwelkoming was naar goede gewoonte zoet. Nog maar net Frankrijk binnen en een Renault 25 Baccarat dwong al alle aandacht op. Deze wagen moest het 20 jaar geleden opnemen tegen de Duitse luxeberlines. Eigenzinnig, V6, het rijgedrag van een fauteuil, ongezien comfort en een exuberant prijskaartje.

Column YW: Tjoening is (not) a crime

column yw: tjoening is (not) a crimeIk ben een redelijk persoon. Mensen mogen van mijn part ketchup eten bij hun frietjes. In mijn ogen een totaal foute keuze maar goed, iedereen zijn eigen smaak. Wat ik dan wel niet begrijp is dat er mensen zijn die hun Peugeot 206 zo willen verbraggelen. Meestal aangepast met foute bumpers, een uitlaat met een diameter van een industriële regenpijp en een “tuning is not a crime” sticker. Steevast heet de chauffeur Kevin -want alle tuners heten Kevin, geen discussie mogelijk – en zit vriendin Kandy fier op de passagierszetel. Waar liep het fout? Het “veredelen van de wagen” is nochtans zo oud als de vierwieler zelf. Vanaf de eerste Ford T van de band rolde was er wel iemand die vond dat het allemaal sneller, beter en mooier kon. Waarom heeft het woord “tuning” dan zo’n vieze smaak in mijn mond?

Na de Ford T duurde het een goede zeventig jaar voor het hedendaagse begrip tuning zijn doorbraak kende. De Japanse autoconstructeurs zaten met hun handen in het haar door de strenge normen omtrent motorinhoud en de –relatief- arme inwoners. Spitsvondigheid was hun oplossing. Dit zorgde ervoor dat Japan overspoeld werd met goedkope scheurijzers. De bevolking van het eiland in het verre Oosten kon dit wel smaken en het duurde niet lang voor er wel een zoon was die vond dat vaders Nissan Silvia iets sneller kon.

Column YW: Creativiteit is dood

Wat is creativiteit? Is het een stuk tekst schrijven? Is het een mooie combinatie van kleuren op een doek? Is het een gelimiteerde oplage maken van de BMW M3 in het matgrijs? Misschien is het wel de manier waarop honden hun gevoeg doen... Je kan naar duizenden lezingen gaan over creativiteit en thuiskomen met niets dan holle woorden van eindeloos gelal. Gelal afkomstig van mensen uit de sector die hoog worden aangesproken en die op een denkbeeldige sokkel zijn gezet. Mensen die, zoals alle Bifidus yoghurt etende personen, ‘s ochtends naar het toilet gaan. Door puur geluk zijn zij ooit ontdekt en worden ze vanaf de ontdekking aangesproken met “mijnheer” of “professor” in plaats van de Jeff of de vettige rosse.

Ik bezit gelukkig niet over titels. Laat staan een sokkel. Ik beschik dan weer wel over veel bijnamen, daar heeft mijn uiterlijk wel voor gezorgd. En omdat mensen nu eenmaal schaapachtige wezens zijn waag ik me ook eens aan het wondere woord “creativiteit”. Creativiteit is niets meer dan de nood om gevoelens uit te drukken. Een stukje brein dat schreeuwt om vrijspel. Net zoals ik deze tekst schrijf. Ik zou dit niet moeten doen. Ik bevind me onder een paraplu verdoken van een hemelse schijnende zon waar de gemiddelde lichtexpert jaloers op zou zijn.

Column YW: "VW's geestesreputatie"

“*De sleutel lij oep de kast in d’hal en als we ni thuis zijn laat ge de garagepoert ma los! Want dan zen welle toch gaan fietsen!*” schreeuwde mijn grootvader door de telefoon. Want ouderen hebben soms de neiging om luider te praten in hun gsm dan jongeren tijdens een concert van Skrillex. De sleutel was voor zijn zwarte Volkswagen Bora die ik noodgedwongen moest lenen. Het is de trots van mijn grootvader. Een statige 12 jaar oude zwarte Bora met wieldoppen en uitgerust met een SDI motor die tijdens de hoogdagen van zijn levensjaren 68pk uitbraakte. Ik herinner me nog hoe ik jarenlang als kleine kornuit samen met broer en nichten achterin zat op weg naar zee waar mijn grootouders een caravan hadden als buitenverblijf. Helemaal gepakt en gezakt, doorhangende vering  en de tune van de Ghostbusters heel de rit schallend uit de boxen aan 110km/u zoevend over de snelweg. Zee(m)zoet jeugdsentiment...

Maar we wijken af. Mijn grootouders waren inderdaad niet thuis waardoor ik me niet moest verwachten aan een “patéke en ne kaffe”. Ik griste de sleutel van de kast  en opende de Bora. De bestuurderszetel had zijn beste dagen ook achter de rug, sinds enkele jaren gaat hij door het leven als plank. En dan heb ik het niet over een dure Bankirai plank maar eerder over een uitgedroogde tak aan een dode boom...

Column YW: Geblazen lucht

We maken een speciale tijd mee als autofan. Het object dat ooit stond voor vrijheid, kapitalisme en status wordt in de huidige maatschappij verheven tot het tuig van de duivel. Terwijl in de jaren 20 de rokende schouw nog stond voor de vooruitgang , staat de knalpot heden ten dagen symbool voor de vernietiging van het milieu.

Het is nog maar vijf jaar geleden dat constructeurs volop in de “om ter grootste” strijd zaten. Elk nieuw model moest sterker, groter en krachtiger zijn. Downsizing is nu de norm. Cilinderuitschakeling, start/stop, elektrische- en hybridevarianten dragen allemaal bij aan de evolutie. Maar wat mij het meeste bezighoud is de evolutie van de turbowagens. Ik ben een atmosferische fan. Ik hou van de lineaire krachtopbouw van atmosferische motoren. Een turbo erop schroeven is in mijn ogen een beetje vals spelen. Ik vergelijk het altijd met een vrouw die een borstvergroting heeft gedaan.

Column YW: Gerissoleerde tv-formats

“Otto”, het lievelingswoord van de Vlaming voor zijn trouwe vierwieler kreeg voorbije weken een nieuwe betekenis. Het ontpopte zich tot de naam van een autoprogramma dat zich nog stiller de huiskamer binnennestelde dan een Toyota Prius in een zone 50.

Ik vernam pas de dag van de eerste uitzending dat dit programma bestond. Na wat opzoekwerk stond ik er nogal sceptisch tegenover. De previewreclame toonde niet veel goeds met twee hillbillies die hits kweelden van 20 jaar geleden.  Om nog maar te zwijgen over het laag niveau dat VT4 de laatste tijd hanteert met programma’s als Rekeningen in het rood, Exotische liefde en Superfans. Dat Otto dan ook nog eens afkomstig was van Sputnik TV (productiehuis van onder andere Exotische liefde) zorgde ervoor dat je de uitlachtelevisie al om de hoek voelde komen. Het is dan ook daarom dat het programma mij zo verraste...

**

Abonneer op column yw