Wat is dit?

De kleinste auto die Kia in zijn rangen heeft staan. Sterker nog, het is de goedkoopste auto van België! Nu ja, na de Fiat Panda... en de Hyundai i10... en de Citroen C3... en de Dacia Sandero. De nieuwe generatie/ facelift zegent het Zuid-Koreaans karretje met stoerdere looks, een opgefrist interieur en een gestroomlijnder motoraanbod (dat daarom niet beter is).

CHECK HIER ONZE REVIEW:

Oké, hoe goedkoop is deze nieuwe Kia Picanto?

Aha, dat is de vraag waar je natuurlijk meteen antwoord op wil! Kia vraagt minimaal 16.290 van je gelden in ruil voor deze Picanto. Daarmee is dit op het moment van schrijven de vijfde goedkoopste nieuwe auto van België. Kijk maar even mee:

• 1. Dacia Sandero: 11.990 euro
• 2. Citroën C3: 14.990 euro
• 3. Hyundai i10: 15.549 euro
• 4: Fiat Panda Classic: 16.140 euro
• 5: Kia Picanto: 16.290 euro
• (6: Dacia Spring: 16.990 euro)

Zoals je kan zien bestaat zijn concurrentie uit een hoop andere kleintjes (Panda en i10), twee budgetkarretjes met meer ruimte (C3 en Sandero) en een elektrisch alternatief (Spring). Kan de Picanto in dat gezelschap het verschil maken?

Hoe zit het met het design van de Kia Picanto?

Op vlak van design moet de Kia Picanto alvast geen punten laten vallen. Oké, met zijn lengte van 3,6 meter heeft hij een voetafdruk die autoland grotendeels verloren is sinds de crossover-gekte, maar die compacte dimensies zitten tot de nok vol met excentrieke designdetails. De snuit adapteert Kia's nieuwe designtaal en lijkt daardoor op een boze "baby EV9". Hoger uitvoeringen krijgen zelfs een doorlopende lichtstreep op de snuit. Het geeft de nieuwe Picanto in vooraanzicht een gesofisticeerde aanblik die geen concurrent 'm na doet.

Springen we richting de flank, dan merken we dat Kia het begrip "nieuwe" wat strekt binnen de dimensies van de realiteit. Wat deze "nieuwe Kia Picanto", heeft knal dezelfde koetswerkpanelen als het uitgaande exemplaar dat al sinds 2017 meedraait. De wielbasis van 2,4 meter is eveneens identiek - net zoals het platform onderhuids trouwens. Er zijn wel nieuwe koetswerkkleuren en velgendesigns die tot 16-duim kunnen groeien! Achteraan zien we tenslotte een rechte bips met twee joekels van lichtenclusters. Daardoor oogt de Picanto - vooral 's nachts - een stuk breder dan hij eigenlijk is.

Klinkt modern, is het interieur dat ook?

Wel, alle moderne snufjes zijn er, van Apple Carplay (+Android Auto) over een rist door Europa verplichte veiligheidsnufjes tot een standaard parkeercamera. Het geheel wordt wel verwerkt in een vrij klassiek interieur. Dat hoeft daarom geen nadeel te zijn. De "digitale instrumentcluster" heeft eigenlijk enkel centraal een display terwijl de uithoeken ervan van die dot matrixschermpjes zijn zoals op je oude gameboy. Het centrale infotainmentscherm is 8-duim en heeft pal eronder nog fysieke draai en drukknoppen voor de klimaatcontrole. Al hoor je ons daar allerminst over klagen!

Er zijn centrale bekerhouders met een draaisysteem dat niet zou misstaan in een Mercedes, de GT-Line krijgt een lekker geperforeerd stuurtje en er zijn vier deftige zitplaatsen. Technisch gezien vijf, maar de centrale zitplaats achterin is zo smal dat je er hoogstens een Chihuahua kwijt kan. Niet in het minst omdat de twee achterste passagiers waarschijnlijk comfortabeler zitten met de beentjes zijwaarts naar het midden. De Picanto is echter een reinste stadskarretje, dus daar kunnen we 'm niet op afschieten.

Zit er dan wel wat koffer aan zo'n Kia Picanto?

Hangt er vanaf hoeveel koffer je nodig hebt, al ga je er natuurlijk niet de ganse Ikea in kwijt geraken. Met 255 liter aan koffervolume (maximaal 1.010 liter) beschik je toch over zo'n 30% meer volume dan wat je kwijt geraakt in een Fiat 500 benzine. In die zin is de koffer van deze Picanto dus gigantisch. Kijken we naar zijn naaste budget-concurrenten. Dan doen een Dacia Sandero (328l) en Citroën C3 (310l) het riant beter.

Genoeg over de koffer, wat zit er onder de kap van deze Kia Picanto?

De vorige generatie Picanto (vanaf 2017) was en verdoken pretraket voor échte Autofans. Want weinigen weten dat 'ie geleverd kon worden met een 1-liter driecilinder turbobenzine van 100 pk die je voor nog geen 500 euro kon oppeppen tot 140 pk en 230 Nm koppel. Waardoor je met een soort van incognito Abarth 500 aan het stoplicht stond. Per Europa's regel op minder pret in het verkeer is die uitvoering vanaf de nieuwe generatie/facelift uiteraard verdwenen.

Daardoor blijf je over met hetzelfde blokje zonder turbo dat een armtierige 58 pk naar de voorwielen stuurt of een performantere 1.2-liter viercilinder met... 79 pk (113 Nm). Met sprinttijden richting de honderd die eerder richting de 15 dan de 10 seconden kruipen is de Picanto daardoor eerder een Flauwanto (ach, iemand moest de mop maken). Daar staat dan wel tegenover dat een verbruik van rond de 5 l/100 km mogelijk moet zijn, mits je kan accepteren benoemd te worden tot de nieuwe gevaarlijk trage gepensioneerde van het dorp.

Dat klinkt niet echt... geweldig?

Goh, kan je eenmaal voorbij het gebrek aan "performance" kijken, dan ontdek je een stadskarretje van de klassieke school. De Picanto heeft een absurd laag gewicht van minder dan een ton, heeft daardoor geen harde ophanging nodig en kan met zijn standaardremmen al je neus tegen de voorruit krijgen. Er is iets aangenaam lichtvoetig aan deze Picanto dat verloren is gegaan in de wereld van +2 ton wegende elektrische SUV's. Komt ook nog bij: de Picanto is één van de laatste nieuwe auto's die je met alle gemak van de wereld in de meest krappe parkeerplaatsen krijgt. Je apprecieert het pas ten volle wanneer je het terug moet afgeven...

Minder appreciatie hebben we voor de optionele automaat in de Picanto. Dat is in feite de standaard handbak met 5 versnellingen, maar dan gerobotiseerd. In mensentaal: beeld je even in dat een persoon met alzheimer zich voortaan ontfermt over je versnellingsbak. Ergens diep vanbinnen weet hij nog hoe schakelen werkt, maar meestal staat hij doelloos uit het raam te kijken. Omdat je voor die versie met automaat minstens 18.490 euro kwijt bent, lijkt het ons beter om op dat punt gewoon volledig over te stappen op de elektrische Dacia Spring.

Wacht, kost de kia Picanto niet 16.290 euro?

Inderdaad. In de basis. Al doet Kia hier een "Daciakke". Want net zoals de basisversie van de Sandero kan je deze Picanto in de basis niet krijgen met een airco. Laat ons eerlijk zijn, niemand koopt nog een gloednieuwe auto zonder airco. 16.290 euro wordt dus meteen 17.490 euro. Toegegeven, da's dan meteen ook voor een hogere uitvoering (Pulse) met meer snufjes, maar in essentie ben je dus 1.200 kwijt voor een airco.

Stel dat je helemaal Picanto-crazy bent en voor de GT Line wil gaan, dan moet je met minstens 21.090 euro over de boeg komen. Wil je dan ook nog die automaat (NEE), een hip kleurtje (ja) en een panoramisch dak (fijn)? Dan stijgt de totaalprijs naar 23.490 euro. Ouch. Gelukkig krijg je - ongeacht de uitvoering of aandrijflijn - wél 7 jaar garantie op je Kia Picanto. Dat heb je natuurlijk niet op je Citroën of Dacia.

Conclusie

Eén blik op de zes goedkoopste auto's van België toont dat de concurrentie bikkelhard is. De Kia Picanto wint het niet qua ruimte, prijs of aandrijflijn, maar komt wel met zeven jaar garantie, een expressieve look en het parkeergemak dat we sinds het pensioen van de Fiat 500 benzine kwijt zijn. De Kia Picanto is een ode aan de compacte stadswagens die ooit de verkooplijsten domineerden, zonder in te boeten op technische snufjes. Geef ons gewoon terug dat turboblokje, Kia...